Roberto Merhi en Will Stevens haalden in Monaco alweer voor de vierde maal op rij allebei de finish. Het was voor Manor een mooi einde van een weekend dat vanwege de herinnering aan Jules Bianchis P9 van vorig jaar een emotionele lading kende.

Vooral voor Merhi was er na afloop van de race door de Monegaskische straten reden voor blijdschap: hij versloeg voor het eerst zijn teamgenoot, en dat nadat hij in de tweede vrije training nog de schlemiel was door een crash bij het uitkomen van de tunnel. “Ik ben heel blij met mijn resultaat. Het was geweldig om mijn eerste Grand Prix van Monaco te rijden.”

“Voor het team is het vooral heel mooi dat we weer met twee auto’s zijn gefinisht”, vervolt Merhi. “We hebben weer genoeg data verzameld om de auto mee te verbeteren voor de komende races. De afgelopen wedstrijden waren moeilijk, maar het voelt alsof de stukjes nu op hun plek beginnen te vallen.”

Stevens

Ook Will Stevens wacht na zijn zevende Grand Prix nog op zijn eerste uitvalbeurt. “Het is mooi om mijn eerste Grand Prix van Monaco direct te finishen”, aldus de kleine Brit. “En we kunnen blij zijn met opnieuw een dubbele finish.”

Stevens kende geen al te gemakkelijke race, doordat hij in de eerste ronde schade aan zijn voorvleugel opliep. “Daarna verloor ik tijd, omdat ik downforce zocht terwijl ik ook nog eens op de hardere band stond. Zo kwam ik achter Roberto te rijden.”

Ondanks dat kleine beetje frustratie houdt Stevens de moed erin. “Onze betrouwbaarheid en snelheid zijn ook dit weekend weer toegenomen, en dat is heel bemoedigend.”