Bruno Senna heeft er inmiddels zeven races op zitten bij Renault en heeft nog één race de tijd om het team over de streep te trekken om met hem verder te gaan: “Ik ga mijn best doen, maar er liggen veel kapers op de kust”, beseft hij.

“De aankondiging dat Robert Kubica er begin 2012 nog niet bij is, verandert niets aan mijn situatie”, spreekt Senna ten overstaan van de Braziliaanse pers. “Ik doe mijn uiterste best om het team ervan te overtuigen mij te behouden, maar de competitie is erg zwaar.”

Senna heeft in zijn zeven races bij Renault nog geen verpletterende indruk weten te maken. Bij zijn debuut voor het team in Spa deed hij het goed door zich op de zesde plaats te kwalificeren, maar een overenthousiaste start op een volle tank benzine verpestte zijn zondag.

In zijn tweede race voor het team haalde Senna een nette negende plaats binnen, maar in de vijf daarop volgende Grands Prix sloeg de Braziliaan aan het kwakkelen en wist hij niet meer te overtuigen.

Senna voelt de hete adem van Renaults derde man Romain Grosjean – van wie Renault-teambaas Eric Boullier zeer gecharmeerd is – dan ook in zijn nek, maar weet dat er nog meer gegadigden voor ‘zijn’ zitje zijn.

“Iedere coureur die zich nu nog op de rijdersmarkt bevindt, is in dat opzicht een vijand”, stelt Senna, die Rubens Barrichello en Adrian Sutil – ondanks zijn aanvaring met Genii-topman Eric Lux – bij naam noemt, maar daarbij over het hoofd ziet dat ook iemand als Kimi Räikkönen nog naar een zitje voor 2012 hengelt, terwijl verdere verschuivingen door de stoelendans evenmin uitgesloten zijn.

“We zullen wel zien wat het team beslist”, berust Senna in zijn lot, waarna hij als aflsuiting nog wel indiceert dat hij ‘hoopgevende gesprekken’ heeft gevoerd met zowel zijn persoonlijke sponsoren alsmede de formatie uit Enstone.