Met het oog op het besparen van kosten werd er besloten tot de invoering van V8-motoren. Nogal tegenstrijdig, want een nieuwe krachtbron ontwikkelen is niet goedkoop. Dat vindt ook Bernie Ecclestone, die de schuld echter afschuift op de teams zelf. Ecclestone is een verwoed voorstander van het terugdringen van de kosten. Het invoeren van geheel andere motoren is alleen niet echt kostenbesparend te noemen. Volgens de Formule 1-supremo was het beter geweest om de V10-motoren te limiteren, naar het voorbeeld van Scuderia Toro Rosso. Dat is in 2006 het enige team dat niet met een V8-motor van start gaat.

De V8-motoren zijn niet alleen ingevoerd om de sport goedkoper te maken, ook moesten de snelheden omlaag. Dat doel had eveneens bereikt kunnen worden door de V10-krachtbronnen te limiteren, in plaats van de introductie van de achtcilinder.

,,Ik vind er niks aan, deze regel. Totaal onnodig ook. We hadden ons doel ook kunnen bereiken door de V10-units te limiteren”, vertelt Ecclestone in het Italiaanse Autosprint. ,,Het ontwikkelen van een V8-motor kost een fortuin. De volgende stap is dat we deze motoren weer gaan limiteren, omdat ze in de toekomst toch weer te veel vermogen genereren. Dit heeft veel geld gekost, en dat was niet nodig geweest.”

Ecclestone zelf is zich echter van geen kwaad bewust. Hij wijst met de beschuldigende vinger naar de teams. ,,Alle teams waren bijeen in Monaco, om over kostenbesparingen te praten. Het ging niet echt de goede kant op, totdat het idee van de V8 werd geopperd. De fabrikanten kozen voor een V8, maar kwamen er pas later achter wat voor kostenplaatje dat met zich meebracht.”

KVN