Het waren niet, zoals verwacht, de banden die Christijan Albers parten speelden tijdens de kwalificatie. Een tekort aan topsnelheid zorgde ervoor dat de MF1-coureur niet verder kwam dan een negentiende starttijd.
,,Niet de beste dag voor ons als ik eerlijk ben,” drukt Albers zich nog mild uit. ,,We hebben het moeilijk en moeten de data analyseren om te achterhalen wat er exact aan de hand is.” De Nederlander verliest op het rechte stuk zo’n 2,5 tiende. Hetzelfde probleem als hij op de Nürburgring had. Daar had de grootste moeite om tijdens de race Tiago Monteiro bij te houden. Tijdens de kwalificatie in Spanje dook hetzelfde probleem op, met als gevolg dat zijn teammaat voor hem start. Albers: ,,We weten nog niet wat het is. In zo’n geval kijk je eerst naar de motor, maar het is op dit moment nog gissen. Gelukkig dat de banden niet meer voor problemen zorgden.”

Niet zijn negentiende tijd, maar zijn opgestoken middenvinger was in Spanje onderwerp van gesprek. ,,Ik reed achter Sato, die aan zijn inlap bezig was. Ik kwam in vijfde versnelling aan, volgas dus, bij een blinde, omhooglopende bocht. En opeens reed Sato daar heel langzaam liftend voor me. Ik knalde er bijna vol op. Ja en toen heb ik mijn middelvinger opgestoken. Misschien niet zo netjes, maar dat zijn de emoties die er op dat moment uitkomen. Want ik was niet alleen mijn ronde kwijt, het was ook gewoon gevaarlijk. Want knal je erop, dan is het game over.”