Tijdens zijn Formule 1-tijd maakten we het niet vaak mee, maar in de DTM kan het wel degelijk: Christijan Albers is tevreden met de voorlaatste plaats in de tweede DTM-race van het jaar.Er zit dan ook een verhaal achter de ogenschijnlijk teleurstellende klassering van de Nederlander in Oschersleben. In de openingsfase van de race werd Albers van de baan gereden door Oliver Jarvis.

Een fraaie pirouette – waarbij Albers zijn voet overigens stijf op het gas hield – en een lichte aanraking met de muur zorgden ervoor dat de kans op een goede positie al snel verkeken was.

Albers kon echter verder en Jarvis werd voor het incident bestraft met een drivethrough-penalty. Door de touche was de sporing van Albers’ twee jaar oude Audi wel verstoord.

Toen Albers na een herstart later in de race ook nog een remfoutje maakte moest hij zich tevreden stellen met de voorlaatste plaats. Alleen Katherine Legge eindigde achter Albers in de race die gewonnen werd door Timo Scheider. De rondetijden stemmen Albers echter positief.

,,Ik ben in ieder geval blij dat ik de finish heb gehaald”, zegt Albers. ,,De race was verre van ideaal. Ik werd meerdere keren aangetikt door Oliver Jarvis, waardoor ik de vangrail raakte en er iets krom kwam te staan in de auto."

,,Ik wilde de race echter per sé finishen, dus ik ben stug doorgegaan en heb zelfs de negende snelste ronde van de race gereden en dat is bijzonder positief. De snelheid is er dus echt wel en daarom kijk ik ook met een goed gevoel uit naar de race op Mugello.”

MB