Albon ‘verward’ door gat van 1,1 seconden naar Verstappen: ‘Heb nog wat werk te doen’
Motorsport Images
Laurens Stade
27 september 2020
Alexander Albon zegt het gat van 1,1 seconden naar teamgenoot Max Verstappen in de kwalificatie ‘een beetje verwarrend’ te vinden. De Britse Thai had niet het gevoel dat hij veel beter had gekund en geeft ook aan dat Verstappen met een andere afstelling reed, waardoor hij een hogere topsnelheid had.
Albon kwam in Q3 niet verder dan de tiende tijd met een gat van 1,7 seconden naar polesitter Lewis Hamilton. Het gat naar teamgenoot Verstappen, die de tweede tijd noteerde, bedroeg 1,1 seconden. Volgens Albon lag het vooral aan het feit dat de andere coureurs grotere stappen hadden gezet in Q3 dat hij slechts de tiende startplaats pakte.
Lees ook: Verstappen blij met hulp Bottas tijdens snelste rondje: ‘Had tweede plek niet verwacht’
“Het zag er niet zo slecht uit in Q1 en Q2”, zegt Albon. “Het leek erop dat de andere coureurs wat sprongen hadden gemaakt. Ik had eerlijk gezegd niet het gevoel dat ik nog veel beter kon doen. De ronden die ik heb gereden voelden niet verschrikkelijk.”
“Natuurlijk zijn er nog een aantal tienden te vinden op sommige plekken”, vervolgt Albon. “Maar ja, het gat is overduidelijk best groot. Het is een beetje verwarrend, ik heb nog wat werk te doen”, aldus de Britse Thai.
Lees ook: Preview: Is Bottas de lachende derde in strijd met Hamilton en verrassende Verstappen?
Volgens Albon reed teamgenoot Verstappen met een andere afstelling, waardoor hij minder luchtweerstand had en dus sneller was op de rechte stukken. “Max had wat minder downforce”, zegt hij tegen Motorsport.com. “Je kan het duidelijk zien aan de snelheden op de rechte stukken, maar als ik het goed heb had hij ook een tow van Valtteri (Bottas, red.). Het is lastig om veel te veranderen, al helemaal voor de kwalificatie. Als je eenmaal je ritme hebt gevonden in de derde vrije training dan wil je met dezelfde hoeveelheid downforce rijden, het neemt uiteraard wat tijd in beslag om er aan te wennen. We reden dus met wat meer (downforce, red.), maar dat was juist het verschil”, concludeert hij.