Valtteri Bottas was afgelopen weekend zichtbaar niet comfortabel met zijn auto, maar zijn kritiek op de balans en op de strategie van zijn team roept ook een nieuwe vraag op: hoe comfortabel is Bottas nog bij Mercedes?
Bottas wil wereldkampioen worden. Hij zei het zelf, zijn teamgenoot Lewis Hamilton zei het ook, maar de wereld ziet het niet. Niet bij Mercedes in ieder geval, waar Bottas toch voortdurend als tweede coureur wordt gebruikt. “In het team, ook al zouden velen het niet toegeven, hebben ze misschien onbewust een nummer 1 en een nummer 2”, zei Bottas al in het laatste seizoen van Drive to Survive. Zou hij dan niet naar een ander team moeten?
Lees ook:
Boterhamzakje verpest Alonso’s rentree in Bahrein
Op zaterdag gaf Bottas aan dat hij zich nog steeds niet comfortabel voelde met de balans van de auto, maar ook dat zijn kansen op de eerste startrij door zijn eigen team Mercedes waren verpest. “We gingen in Q1 met een tweede set banden naar buiten. Daar was ik het niet mee eens. We hebben eigenlijk gewoon een set weggegooid. Ik had in Q3 daarom nog maar een run over op nieuwe banden. Het was daardoor voor mij geen optimale kwalificatie.”
Maar ook op zondag zaten Bottas en zijn team Mercedes duidelijk niet op dezelfde golflengte. “Strategisch gezien gingen we defensief in plaats van in de aanval, waar ik nogal verrast door ben. Het is niet echt normaal”, zei hij direct na afloop. Een slechte pitstop deed de droom van een overwinning helemaal uiteen spatten. “Ik wist dat na zo een lange pitstop, als je iets van tien seconden verliest, het lastig is om die weer in te halen in een hard gevecht met Max en Lewis.”
Het zorgde ervoor dat Bottas niet voor de eerste keer zichtbaar teleurgesteld uit zijn auto klom. “Ik ben zeker teleurgesteld. Het was niet mijn dag vandaag”, zei de coureur die al sinds 2017 voor de Duitse renstal rijdt. Sindsdien won hij slechts 8 races, 35 minder dan zijn teamgenoot Lewis Hamilton.
Lees ook:
‘Mercedes heeft de race niet gewonnen, Red Bull heeft hem verloren’
“Goed voor het team, want we hebben goede punten gepakt” en “als team een goede prestatie”, mompelde Bottas toch braaf toen er naar zijn race werd gevraagd. Zinnen die we onderhand van hem gewend zijn. Maar als de Fin zijn droom wil verwezenlijken, dan moet hij soms toch egoïstischer zijn.
Neem Daniel Ricciardo, die voor het seizoen van 2019 weg ging bij Red Bull, omdat hij het gevoel had dat hij daar als tweede coureur geen wereldkampioen zou worden. Misschien niet het beste voorbeeld, omdat zijn stap naar Renault niet direct een succes is geworden, maar het spreekt wel van een diepgewortelde vastberadenheid om met tweede geen genoegen te nemen. Juist de ambitie die Bottas zelf ook zegt te hebben. Met zijn 31 jaar heeft Bottas bovendien de tijd aan zijn zijde om ook een keer zo’n gok te wagen.
Daarnaast zou dit hét moment zijn om de stap te maken. Het contract van Bottas loopt na dit seizoen af en het nieuwe regelement voor 2022 zal ervoor zorgen dat alle teams een compleet nieuwe auto moeten bouwen. De dominantie van Mercedes zal helemaal niet vanzelfsprekend meer zijn, voor zover die dat nu nog is, weet ook Bottas. “We hebben op dit moment niet de snelste auto”, zei hij in de persconferentie na de race.
Lees ook:
Wolff slaakt zucht van opluchting: ‘De racegoden stonden aan onze kant’
Dus als Bottas niet comfortabel is in de auto, hij zich niet kan vinden in de strategie van zijn team en hij weet dat de dominantie van Mercedes tot zijn einde komt, waarom zou hij daar dan nog genoegen mee blijven nemen? Zeggen dat je iets wil en ernaar handelen zijn twee verschillende dingen. Blijft Bottas altijd maar blij voor zijn team, of durft hij eindelijk een keer voor zichzelf te kiezen?