Formule1
Daan de Geus
9 augustus 2012
Mercedes staat momenteel vijfde in het constructeursklassement. Niet goed genoeg, zo vindt (en weet?) teambaas Ross Brawn. De Engelsman vertrouwt er echter op dat het team nog wat goed kan maken.
“Ik wil het beter doen dan dit”, vertelt Brawn aan Formula1.com. “De vijfde plaats bij de constructeurs strookt niet met onze ambities, dus we gaan er alles aan doen om een beter eindresultaat te behalen”, benadrukt de teambaas.
Gelukkig voor Mercedes, zo weet Brawn, staan er echter nog negen races op het programma om de achterstand op de vier teams die het boven zich heeft staan – Red Bull, McLaren, Lotus en Ferrari – goed te maken en een plaatsje in de topvier te bemachtigen: “Er zijn nog veel races te gaan en veel punten te behalen”, zo haalt hij aan.
De achterstand van Mercedes, dat 106 punten heeft verzameld, is echter niet gering. Nummer vier Ferrari staat namelijk op 189 punten, terwijl de nummer drie Lotus 192 punten heeft, McLaren één punt meer dan dat heeft gescoord en Red Bull dominant aan kop gaat met 246.
Daarnaast wordt Mercedes op haar beurt achtervolgd door het team van Sauber. De Zwitserse formatie heeft 80 punten achter haar naam staan, maar heeft bij het ingaan van de zomerstop verkondigd haar vizier op de vijfde plaats van Mercedes te hebben gericht.
“Ik heb er alle respect voor dat ze op P5 mikken en twijfel er niet aan dat ze er serieus werk van zullen maken”, reageert Brawn, die er echter van overtuigd is dat zijn team de aanval van Sauber kan afslaan en zelf vooruitgang kan maken: “We hebben veel goede mensen in dienst en ik ben er zeker van dat we in de tweede helft van het jaar sterker zullen zijn dan voor de zomerstop.”
Brawn moet uiteraard ook nog reageren op de situatie omtrent Michael Schumacher, wiens contract met Mercedes aan het eind van het seizoen afloopt. Zoals te verwachten valt, houdt de Engelsman zich hierover op de vlakte. “Het is een belangrijke beslissing voor alle betrokkenen, dus we laten ons niet opjagen en ik wil de speculatie niet verder voeren door verdere details prijs te geven. Pas als de tijd er rijp voor is, zullen we naar buiten treden.”