In de seizoensopener scoorde McLaren twee podiumplekken, maar dat zat er in Maleisië niet in. Met Jenson Button op de zesde plek en Kevin Magnussen als negende, scoorde het team echter wel weer met beide auto’s.

“De zesde plek is beter dan we aan het begin van het weekend hadden verwacht”, relativeert Button het resultaat voor de camera’s van de BBC, verklarend dat dit gezien het gebrek aan pure snelheid van de McLaren MP4-29, waarvan het team al op de hoogte was, toch helemaal zo slecht nog niet is.

Button kon in de race inderdaad niet echt in de aanval, dus met het verdedigen van P6 tegenover de (ogenschijnlijk) snellere Williams-bolides – door de race slim in te delen – prijst hij zich al lang gelukkig. “Onze strategie was goed en we reden een bekeken wedstrijd”, vertelt hij.

“Ik moest goed opletten wanneer ik kon pushen en wanneeer niet. Dat vereiste veel denkwerk en was mentaal zeer vermoeiend. Plaats zes is uiteindelijk natuurlijk niet waar we graag willen finishen, maar het was vandaag het maximale.”

Magnussen
Buttons teamgenoot Kevin Magnussen kwam zoals gezegd als negende over de streep. Door een aanvaring bij de start met Kimi Räikkönen liep hij echter schade op aan zijn voorvleugel, waardoor hij tijd verloor in de pits, terwijl hij ook nog een stop-and-go van vijf seconden kreeg voor dit vergrijp.

“Ik moet mijn excuses maken aan het team, want ik ging in de fout bij de start en dat heeft me een beter resultaat gekost”, toont de Deen – die hiervoor twee strafpunten op zijn ‘Formule 1-rijbewijs’ heeft gekregen – zich schuldbewust ten overstaan van de BBC.

“Ik had gezien mijn achtste startplaats hoger dan negende moeten eindigen, maar ik zal hier zeker lering uit trekken”, belooft de coureur wiens team na de eerste race nog eerste stond bij de constructeurs, maar nu is afgezakt naar de tweede plek.