De Formule 1-coureurs mogen zich tijdens het Grand Prix-weekend in Qatar gewoon uitspreken over de mensenrechten in het land. Dat verklaart Abdulrahman Al Mannai, de president van de autosportbond van Qatar.
“Dit is geen thema voor ons”, wordt Al Mannai wat betreft de mensenrechten in Qatar en vrijheid van meningsuiting daaromtrent geciteerd door het Franse persbureau AFP. “De coureurs zijn, zoals altijd, vrij om te zeggen wat ze willen.”
“Wij steunen de coureurs ook graag om zich op elk mogelijk platform uit te spreken”, vervolgt Al Mannai. “Ook als het aankomt op omstreden onderwerpen.” Een zo’n onderwerp is mogelijk de situatie omtrent de mensenrechten in Qatar. Hier is in de aanloop naar de Grand Prix veel om te doen. Net zoals dit in de aanloop naar het WK Voetbal van 2022, dat ook in Qatar wordt gehouden, het geval is.
Lees ook: Formule 1 voegt Qatar toe aan kalender, vanaf 2023 tien jaar op kalender
Volgens Amnesty International is de vrijheid van meningsuiting beperkt in Qatar, worden vrouwen achtergesteld en arbeidsmigranten gediscrimineerd en uitgebuit. Bij de constructie van voetbalstadions voor het WK zijn bovendien tientallen arbeidsmigranten gestorven. Qatar stelt eerder dit jaar echter nieuwe arbeidswetten ingevoerd te hebben, waaronder een uniform minimumloon, die de arbeidsmarkt flink hebben verbeterd.
“Qatar staat open voor kritiek. We werken al jaren hard om de arbeidssituatie te verbeteren”, zegt Al Mannai. De eerste Grand Prix van Qatar staat voor 19-21 november op de kalender. Al Mannai verwacht een uitverkocht huis. Wie de eerste Grand Prix van Qatar ook weet te winnen, zal in elk geval geen champagnedouche (of met Ferrari-wijn) krijgen. Zoals in elk land in het Midden-Oosten, past dit niet binnen de cultuur. Vermoedelijk wordt er rozenwater gebruikt.
Lees ook: Losail International Circuit vrijwel klaar voor Grand Prix van Qatar