FORMULE 1-verslaggever Eelco den Boer houdt tijdens de Franse GP speciaal voor deze website een dagboek bij, waarin hij vanuit de paddock verhaalt over roddels, trends en het laatste nieuws.
Volle bak in het motorhome van Pirelli gisteren. Weliswaar waren de meeste aanwezigen, inclusief ondergetekende, er vooral voor de hapjes of om te schuilen voor de regen, maar er was ook een officiële bekendmaking. Pirelli gaat de banden leveren voor het Mitchelton-Scott team vanaf de aankomende Tour de France. Simon Yates, drievoudig etappewinnaar in de afgelopen Giro d’Italia, mocht alvast een oefenrondje rijden op Paul Ricard en de pole-award overhandigen aan Lewis Hamilton.
De ronde van Yates zag er niet heel voortvarend uit. De Brit wilde duidelijk geen risico’s nemen op het nog niet geheel opgedrooogde circuit. Toch zal hij ongetwijfeld aardig hebben doorgetrapt. Maar door de grote uitloopzones met duizelingwekkende kleurenpatronen komt de snelheid van de Formule 1-auto’s al niet optimaal over, laat staan bij een tweewieler die moederziel alleen op de baan is. Een briesje tegen op het lange rechte stuk Mistral, dat venijnig vals plat is, helpt dan ook niet. In tegenstelling tot voor de coureurs is de chicane voor een wielrenner dan een welkome onderbreking.
Zo heb ik het in ieder geval wel ervaren toen ik ’s avonds nog een rondje ging hardlopen. Onderweg was het tempo lastig in te schatten, maar achteraf bleek het aardig mee te vallen. Helaas ging het daarna minder vlot op de weg terug naar het hotel. Het is misschien een beetje flauw om weer over het verkeer te beginnen, maar het is echt een drama. En voor de betalende bezoekers is het nog vele malen erger. Natuurlijk moet de organisatie er weer even inkomen nadat Frankrijk lang ontbrak op de F1-kalender, maar zelfs in landen als Mexico en India was het beter geregeld. En het is niet alsof ze hier geen ervaring hebben met grote evenementen. Ik noem maar een Tour de France…
In plaats van een foto had ik beter de fiets kunnen nemen. Of geen auto maar een scooter huren.
Het dagboek van zaterdag lees je onder de foto.
Nieuwe kansen in oude haven met F1 Live Festival in Marseille
Liberty wil de Formule 1 graag meer naar steden en nieuwe doelgroepen brengen. Een van de manieren om te bereiken, is de organisatie van ‘F1 Live’ evenementen. Vorig jaar werd het groots aangepakt aan de vooravond van de Britse GP met een show in Londen. Dit jaar krijgt het navolging in onder meer Sjanghai en Marseille. Gaven in Londen nog alle Formule 1-coureurs, met uitzondering van Lewis Hamilton, acte de présence, zijn ze er in Marseille uiteraard allemaal niet bij. De tweede vrije training op het Circuit Paul Ricard is immers nog maar net voorbij.
De timing van het F1 Live Festival in Marseille, op vrijdagavond, lijkt een beetje merkwaardig. De fans zitten dan nog op de tribune, als ze die überhaupt al bereikt hebben door de verkeersinfarct rondom het circuit. En hoewel Marseille hemelsbreed niet ver weg is, ben je niet zomaar even terug in de stad. Zelfs zonder Grand Prix, en extra wegafsluitingen vanwege een evenement in het centrum, staat alles daar al vast.
Een uurtje voordat de demo’s moeten losbarsten is het angstvallig stil rond het parcours dat langs de Vieux-Port van Marseille is uitgezet. Op het festivalterrein waar een dj plaatjes draait, is het ook uitgestorven. Maar F1 Live mikt niet op de die-hard Formule 1-fans, die gaan toch al naar de races. Ze willen er juist nieuw publiek mee bereiken. En wanneer de motoren worden gestart, met eerst een parade van bijzondere Renaults, stromen de mensen vanaf de terrassen toch toe.
Zelfs volgens de schattingen van Bavaria City Racing zijn het geen half miljoen bezoekers, maar het is gezellig druk. En het voordeel is dat je je nog kunt verplaatsen en op meerdere punten de auto’s voorbij kunt zien komen. Dan moet je wel doorlopen, want erg lang duurt het spektakel niet. Maar het is genoeg om een diepe indruk achter te laten op de toeschouwers. Ongetwijfeld neemt een deel ervan volgend jaar de moeite om de echte Grand Prix te bezoeken. Mits het verkeer beter wordt geregeld.
Het dagboek van vrijdag lees je onder de foto.
De Franse GP kan best leuk worden
Het Circuit Paul Ricard kan op weinig liefde rekenen in de aanloop naar de eerste Grand Prix van Frankrijk in tien jaar tijd. De uitloopzones zijn te groot en de inhaalmogelijkheden te beperkt. “De enige uitdaging is om niet per ongeluk de verkeerde lay-out te rijden”, grapt Nico Hülkenberg. Maar gelukkig zijn racers ook rasoptimisten en verwachten zij dat alles wel goed komt. In ieder geval voor zichzelf.
Voor sommige coureurs, zoals Max Verstappen, is het circuit helemaal nieuw, anderen reden er al in opstapklasses of testsessies. Thuisrijders Esteban Ocon en Pierre Gasly kwamen elkaar er al eens tegen op weg naar de Formule 1. En hoewel zij de mogelijke problemen van het circuit onderkennen, zijn ze vooral dankbaar dat ze een Grand Prix voor eigen publiek kunnen rijden. Romain Grosjean heeft daar jaren op moeten wachten, aangezien hij debuteerde net nadat Magny-Cours van de kalender was verdwenen.
Stoffel Vandoorne reed in de World Series by Renault al op Paul Ricard. “Dat was een behoorlijk saaie race”, erkent hij. “Maar ze hebben wat veranderingen doorgevoerd aan de bochten en er ligt nieuw asfalt, dus laten we het afwachten.” Op papier lenen de bochten zich inderdaad niet echt voor inhaalacties, maar bandenslijtage kan voor verrassingen zorgen, zeker in combinatie met de nieuwe asfaltlaag en de hoge temperaturen.
In tegenstelling tot Verstappen, die spelenderwijs op zijn thuissimulator het circuit alvast verkende, begint Fernando Alonso helemaal blanco aan het weekend. “Ik ben hier wel eens eerder geweest voor een shakedown, maar kan me er eerlijk gezegd niets van herinneren.” Onbevooroordeeld benadrukt hij dan ook de positieve kant: met de Grand Prix van Frankrijk keert er weer een historisch autosportland terug op de kalender.
Laten we het circuit dan ook niet afschrijven voordat er een race is verreden. En zelfs al wordt de vrees van weinig inhaalacties bewaarheid op zondag, is dat nog geen reden (er zijn wel andere te bedenken, maar ik wil het graag sportief houden) om Paul Ricard direct af te serveren. In Rusland en Azerbeidzjan waren er soortgelijke verwachtingen en vielen de eerste edities inderdaad tegen, maar kwam het later toch goed. Aan het enthousiasme van de fans zal het in ieder geval niet liggen, die lopen in Frankrijk wel degelijk warm voor het evenement.
Het dagboek van donderdag lees je onder de foto.
De terugkeer van de Franse slag
Ondanks de mediterrane temperaturen voelt de terugkeer van de Grand Prix van Frankrijk nog niet direct als een warm bad. Hoewel overal in de stad Marseille, het circuit Paul Ricard ligt daar (onder normale omstandigheden) zo’n half uur vandaan, affiches hangen om het evenement en de bijbehorende festiviteiten in de stad te promoten, blijkt de boodschap niet echt tot de lokale bevolking te zijn doorgedrongen.
Je zou denken dat een autoverhuurbedrijf aan de hand van de reserveringen wel ongeveer kan inschatten hoeveel gasten er langs komen. Maar dat is blijkbaar geen reden om extra personeel in te zetten. En dan heb ik het nog getroffen in een ontvangstruimte met airconditioning, een deur verderop staan collega’s bij de concurrent in de volle zon te zweten. Eenmaal in tijdelijk bezit van een weinig potente éénpitter tuf ik richting circuit, of eigenlijk het accreditatiecentrum daar vlakbij.
Op woensdagmiddag is er nog weinig verkeer, maar het vermoeden dat de kronkelweg de komende dagen een stuk minder uitdagend zal zijn, wordt op donderdag direct al bevestigd. Nog zonder grote bezoekersstromen staat het de laatste kilometers voor de poorten al muurvast. Wel sympathiek dat als amusement tijdens het wachten een vliegshow wordt aangeboden. Het belooft wat voor de komende dagen. Zeker omdat er onderweg ook nog aan de weg gewerkt wordt. Niet echt de handigste timing.
Maar we moeten natuurlijk al blij zijn dat er überhaupt gewerkt wordt, want als Fransen ergens goed in zijn, is het wel staken. Gelukkig zijn de plannen van Air France om het werk neer te leggen (voorlopig) van de baan. Want als de Formule 1 iets niet kan gebruiken, aan het begin van zijn grootste logistieke uitdaging ooit met drie races in drie weken, is het wel vertraging.