Ericsson: ‘Wat betere circuits op komst voor Sauber’

Sauber-coureur Marcus Ericsson denkt dat de komende races wat beter kunnen zijn voor het Zwitserse team, door de soort circuits die worden aangedaan.

Het dit jaar nog puntloze Sauber had het twee weken geleden zwaar op het trage en bochtige Monaco, waar het om downforce draaide. Daar ontbreekt het Saubers C35 namelijk aan, maar het Circuit Gilles Villeneuve ligt de bolide van de formatie uit Hinwil al wat beter en dat geldt mogelijk ook voor de volgende reeks circuits, denkt Ericsson.

“Die circuits liggen ons, zo denk ik, beter dan bijvoorbeeld Monaco”, beaamt de Zweed, gevraagd of het helpt dat motorvermogen een grotere rol speelt op de omlopen in Canada, Azerbeidzjan, Oostenrijk en Engeland. Sauber, dat met Ferrari-motoren rijdt, kan zo enigszins compenseren voor de problemen met het chassis.

Binnenkort zou het ook daar echter beter mee moeten gaan, meldt Ericsson. Er komen immers de nodige updates aan. “Die zitten al in de pijplijn en hopelijk komen ze zo spoedig mogelijk. We weten nu alleen nog niet precies wanneer. Dat is even afwachten.”

Wat volgens Ericsson verder kan helpen, is dat de rol van de coureur wat groter is op stratencircuits – met Canada een semi-stratencircuit, terwijl de baan in Azerbeidzjan door de wegen en steegjes van hoofdstad Bakoe loopt – en het verschil in performance tussen teams er doorgaans nét iets minder groot is.

“Een slechte auto blijft een slechte auto, maar als de balans ervan in orde is, kun je als coureur misschien voor een verrassing zorgen door er het meeste of zelfs net iets meer uit te halen. Op een ‘normale’ baan is dat wat moeilijker.”

In de kwalificatie in Canada was het voor Ericsson een fijne verrassing dat hij Q2 maar op twee tienden misliep en kort achter het team van Haas zat. “Niet verkeerd, al denk ik dat het alsnog een vrij zware race voor ons wordt, tenzij het weer een rol speelt”, aldus Ericsson, die zich als negentiende kwalificeerde maar door een gridstaf van P21 start.