‘Fernando Alonso is een beest, met niets anders bezig dan sneller worden’
Alpine F1 Team
Sjaak Willems
7 maart 2021
FORMULE 1-columnisten Rob Kamphues en Renger van der Zande staken de koppen bij elkaar en analyseerden voor de Preview Special team voor team de grid van 2021. Van der Zande kijkt vooral uit naar Fernando Alonso, zijn voormalig teamgenoot in de 24 uur van Daytona: “Hij is een beest.”
Hij mag dan wel twee jaar weg zijn geweest van de F1, verwacht geen laidback Alonso bij zijn rentree, stelt Van der Zande. “Alonso is zijn hele leven al fanatiek. Hij is een beest. Hij heeft ook geen leven naast het racen. Volgens mij doet hij niets anders dan bezig zijn met hoe hij iedereen kan manipuleren om weer beter en sneller te worden.”
Lees ook: Back to the future: Alonso toont nieuwe helm met retro 2006-ontwerp
De twee werkten samen tijdens de 24 uur van Daytona in 2018, de editie die ook gewonnen werd. Daar zag hij met eigen ogen hoe Alonso, zelfs als hij in een team uitkomt, nog altijd eerst aan Fernando Alonso denkt. “Hij zorgt goed voor zichzelf. Hij manipuleert totdat het zijn kant opdraait. Ook bij de setup van een auto. Alonso houdt niet van overstuur, kijk maar naar hoe hij vroeger reed met dat volledig doorsturen op die gegroefde banden.”
Ondanks de soms kille benadering van teamgenoten kon er wel gelachen worden met Alonso, herinnert Van der Zande. “Met Fernando is het ook lachen, gieren, brullen. Maar anders, afstandelijker. Hij is er niet om uit eten te gaan, om een drankje te doen. Hij is er om die fucking race te winnen.”
Lees ook: Alpine presenteert haar eerste F1-auto, de A521 met Renault-DNA
Koop voor de volledige analyse van Rob Kamphues en Renger van der Zande de Preview Special van FORMULE 1 Magazine. Met daarin alles wat je moet weten om voorbereid aan het seizoen te beginnen. Teams, coureurs, auto’s, de kalender en anekdotes van Jack Plooij. Olav Mol, Robert Doornbos en Vitantonio Liuzzi geven hun voorspellingen voor het seizoen en we hebben nog portretten van McLaren-mastermind James Key en Nikita Mazepin.