Het is een jaarlijks terugkerend element in de Formule 1: de eerste dagen na het einde van een seizoen zijn tegelijkertijd de eerste dagen voor het begin van een nieuw seizoen. Een zo korte winterpauze als die van 1995 is er echter nog nooit geweest. De topteams wachten de terugkeer van de wagens uit Adelaide niet eens af en beginnen al een week na de finale in het Portugese Estoril met de voorbereidingen voor 1996 dat 10 maart van start gaat. De belangrijkste reden voor deze haast is het feit dat zes van de acht plaatsen bij topteams (Williams, Benetton, Ferrari en McLaren) in 1996 door nieuwe coureurs bezet zullen worden. Alle zes (Schumacher, Berger, Alesi, Irvine, Villeneuve en Coulthard) zijn erop gebrand om op hun nieuwe plek goed te beginnen. En de teams willen hun wagens het liefst laten testen door de nieuwe coureurs, nu ze nog verse herinneringen hebben van hun oude teams zodat ze goede vergelijkingen kunnen maken.
The first official Test for Michael in a Ferrari on 21/11/95 at Estoril. Michael first drove a @ScuderiaFerrari @F1 car at Fiorano – 20 laps in a Ferrari 412 T2 with the new V10 engine. At Estoril he only drove 4 laps due to technical difficulties. #TeamMichael #KeepFighting pic.twitter.com/Kj2nn6e1Cw
— Michael Schumacher (@schumacher) November 21, 2017
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."
Zowel Ferrari als ook Benetton beginnen in de week na Adelaide op het nulpunt. Wereldkampioen Schumacher en de ex-Ferrari-coureurs Berger en Alesi kunnen nauwelijks wachten om hun nieuwe wagen te leren kennen. En daarom ontmoeten Benetton en Ferrari elkaar al een week na het vallen van de finishvlag in Adelaide. Omdat zowel Schumacher als Berger en Alesi officieel nog tot het einde van het jaar bij hun oude werkgever onder contract staan, en omdat de sponsors met jaloerse blikken opletten of er geen reclame wordt gemaakt voor de nieuwe renstal, moeten de drie rijders met hagelwitte overalls in hun nieuwe auto’s klimmen. Het lijken net sneeuwpoppen. Alle begin is moeilijk
Zowel Schumacher als Alesi moeten vanzelfsprekend wennen aan de nieuwe auto. Alesi klaagt over het feit dat de Benetton bij topsnelheid te veel overstuurt. “Ik heb weliswaar twee cilinders minder maar die zijn minder stabiel”, verklaarde de Fransman, die ontevreden bij Ferrari wegging en vooral geen woord meer over heeft voor teammanager Jean Todt. Meerdere malen voert Alesi in zijn eerste ronden het tempo op. Eenmaal kan hij een ernstig ongeluk met moeite voorkomen. Schumacher gaat in de Ferrari duidelijk nog niet tot de limiet. “Al voelde ik mij snel vertrouwd in de Ferrari, de afstelling beviel mij nog niet echt”, meldt Schumacher aan zijn nieuwe chef Todt. De Duitser rijdt afwisselend met de twaalf- en de nieuwe tiencilinder-motor en toont zich na de eerste tests gematigd optimistisch over zijn nieuwe werkgever. “We proberen de wagen voor het nieuwe seizoen zover te ontwikkelen dat er één of meer overwinningen behaald kunnen worden. In 1997 moeten we dan in staat zijn om mee te dingen om de wereldtitel.” Maar hoe vaak is dat in Maranello al niet geroepen? Het Schumi-concept
Voor Ferrari wordt 1996 het jaar van de waarheid. Nu de beste coureur van het moment in het team zit, moet er eindelijk gepresteerd worden. En inderdaad lijkt het Italiaanse team nieuw elan gekregen te hebben met de komst van de Duitser. Naar Schumacher wordt geluisterd en dat was lang niet bij elke coureur het geval. Alesi; “Het hele seizoen heb ik geklaagd over de koppeling maar er gebeurde niets. Nu zegt Schumacher hetzelfde en er wordt meteen aan gewerkt.” De Duitser heeft zijn stempel inmiddels al op het team gedrukt. Hij beëindigde bijvoorbeeld de afspraak met chef-constructeur John Barnard dat deze bij alle zestien races in 1996 aanwezig moet zijn. Voor Barnard, die liever in zijn Engelse ontwikkelingscentrum wil knutselen aan concepten voor toekomstige wagens moet dit een geweldige opluchting zijn. ‘Kippenvel’
De Italiaanse monteurs en technici hangen al na de eerste ronden aan de lippen van de wereldkampioen. Hij begint al op de eerste dag de Ferrari af te stellen op zijn rijstijl. Daarbij is de richtlijn vanaf het begin af duidelijk: in de tiencilinder ziet Ferrari wel de toekomst. De oude twaalfcilinder geldt alleen nog als vergelijkingsmateriaal. Opmerkelijk is te zien hoe snel Schumacher het Ferrari-team voor zich gewonnen heeft. Met zijn pragmatisme, met zijn ongevoeligheid tegenover de mythen en legendes van Ferrari (“Natuurlijk kreeg ik kippenvel toen ik voor het eerst in de Ferrari zat. Maar verder is het een team zoals elk ander”) begon Schumacher aan zijn werk bij zijn nieuwe renstal, alsof hij nooit wat anders gedaan had. Er was geen weemoed, toen hij ‘zijn’ Benetton zag testen, er was geen bezoek aan zijn oude Benetton-kameraden.