![](https://www.formule1.nl/app/uploads/2019/06/96_ITA14-1500x988.jpg)
Foto: Motorsport Images
Het seizoen begint matig, Berger heeft moeite met de Benetton. Hij rijdt naar een derde plaats op Imola en finisht als tweede op Silverstone, maar over het algemeen wordt de Oostenrijker om de oren gereden door Alesi. Berger maakt in tegenstelling tot zijn Franse collega geen moment de indruk een Grand Prix te kunnen winnen. “De wagen had standaard overstuur als je de bochten instuurde. Jean kon daar veel beter mee omgaan. Ik prefereerde een neutrale wagen, of zelfs licht onderstuur. Maar zeker geen overstuur! Dat was voor mij vanaf het begin een groot probleem.’’ Echter: nieuwe onderdelen die worden geïntroduceerd tijdens een test op Paul Ricard zetten de B196 meer naar de hand van Berger. Tijdens de volgende race op Hockenheim, waar hij twee jaar eerder had gewonnen met Ferrari, kwalificeert hij zich op de eerste startrij, naast titelkandidaat Damon Hill. “Heel veel mensen vroegen mij: ‘Wat deed je nu anders in Hockenheim?’ Eerlijk, ik heb geen idee. Ik hield gewoon van het circuit, en ik hield er van met weinig neerwaartse kracht te rijden. Het was een beetje anders, een beetje glijden door de bochten.’’ Tekst gaat verder onder de foto
![](https://www.formule1.nl/app/uploads/2019/06/96_POR10-1500x988.jpg)
Foto: Motorsport Images
Hij keert voor Alesi terug op de baan, maar achter Berger. Hill maakt daarop snel terrein goed op Berger. Maar inhalen, dat is andere koek. “Ik herinner mij die laatste tien ronden nog erg goed, hij kwam steeds dichterbij. Ik kende het circuit erg goed, eigenlijk was de baan iets te smal. Als je de wagen in het midden positioneerde, dan moest de rijder achter je echt met de wielen door het gras als hij wilde inhalen. Je hoefde niet eens vals te spelen!’’ “Het ging prachtig. Je reed het stadion uit op weg naar dat lange rechte stuk. Je zat precies tussen de bomen, en je reed er verschrikkelijk hard. Het voelde heel rustig, maar je reed meer dan driehonderd kilometer per uur. Damon zat heel dicht bij een aanval op mijn leidende positie, ik geloof dat hij al een keer een wiel in het gras had gezet. Dus stuurde ik een paar centimeters die kant op, en hij hield zich weer even gedeisd. Damon was sowieso een geweldige gozer. Hij was een gentleman buiten de wagen, en sportief in de auto. Ik kon hem achter mij houden, maar het was wel moeilijk want hij was gewoon sneller. Het was belangrijk om geen fout te maken. Kon ik dat volhouden, dan zou ik hem tot aan de streep achter mij kunnen houden.’’
![](https://www.formule1.nl/app/uploads/2019/06/96_GER12-1500x985.jpg)
Met nog twee ronden te gaan, in de 43e ronde, wordt Berger getroffen door een motordefect. Benetton rijdt dan al anderhalf jaar met Renault V10-krachtbronnen rond, en juist in Duitsland geeft voor het eerst in al die tijd een motor de geest. Zonder enige waarschuwing. “Ik was totaal verrast. Ik zag het prijzengeld al voor mijn ogen liggen. En toen: ploef. Ik viel stil na de eerste chicane, op het tweede lange rechte stuk. Er was ineens een enorme rookwolk, ik was verbijsterd! Ik was totaal teleurgesteld. Maar met al die ervaring die ik had wist ik dat zoiets natuurlijk wel eens kon gebeuren.’’ Hill rijdt door en wint de race, en in de uitloopronde pikt Alesi zijn gestrande teamgenoot op. Precies een jaar later wint Berger, na een periode van ziekte en het plotselinge overlijden van zijn vader, alsnog de Grand Prix van Duitsland op Hockenheim, zijn laatste zege in de Formule 1. “Ik wist dat mijn loopbaan er bijna opzat, ik had nog een keer laten zien waartoe ik in staat was. Een zeer emotioneel moment.’’