Flashback: De Jaguar-test die een kater werd
Mischa Bijenhof
28 februari 2016
Hij won de Indy 500 driemaal en is viervoudig kampioen in de IndyCar Series. Maar net als iedere coureur droomde Dario Franchitti van de Formule 1. Na twee testdagen bij Jaguar was de droom voorbij. “Iemand wilde mij uit de Formule 1 weren”, zegt hij achteraf. “Het leek wel alsof Jaguar wilde voorkomen dat ik goed voor de dag kwam.”
hier.
Franchitti: “Wat niet veel mensen weten is dat ik al in 1995 getest heb voor McLaren. Dat ging toen heel goed, maar er waren niet echt goede mogelijkheden voor een racestoeltje, dus ben ik naar de DTM gegaan. Na twee jaar besloot ik naar Amerika te vertrekken om het in de IndyCars te proberen. In 1998, mijn tweede jaar in de klasse, won ik al drie races en eindigde ik als derde in het kampioenschap. Er was wat belangstelling vanuit de Formule 1, maar pas in 2000 kwam er een serieus aanbod voor een test.”
“Al met al was ik behoorlijk succesvol in Amerika, dus ik wilde niet ingaan op aanbiedingen waarvoor ik zelf geld moest meebrengen. Neil Ressler was destijds de baas van Jaguar Racing en Jackie Stewart was er adviseur. Ze wilden me allebei graag in de Formule 1 hebben en regelden een tweedaagse test op het circuit van Silverstone. Het leek me een uitstekende gelegenheid om te laten zien wat ik in huis had.”
“De test draaide uit op een complete mislukking. Ik kreeg op de eerste dag niet eens de kans om op nieuwe banden en met weinig benzine een snelle tijd neer te zetten, zodat ik aan het eind van de dag twee seconden langzamer was dan Jaguars testrijder, Luciano Burti. De auto waarmee ik moest rijden was bovendien niet volgens de laatste specificatie. Er zaten allerlei oude onderdelen op. Ik vroeg me af of het soms niet de bedoeling was dat ik snelle tijden liet noteren.”
“Op de tweede testdag stond er een compleet andere auto. Ik vroeg het team waarom ze van alles aan de auto hadden veranderd zonder mij te raadplegen, maar ik kreeg geen duidelijk antwoord. Dus ben ik maar weer gaan rijden. Snelle tijden zaten er op die manier natuurlijk niet in. Aan het eind van de dag was ik er helemaal klaar mee. Het leek erop dat iemand binnen Jaguar wilde voorkomen dat ik een serieuze kans maakte op één van hun zitjes voor 2001.”
“Neil Ressler heeft later zijn excuses aangeboden voor de gang van zaken, al wist hij ook niet precies wat er nu aan de hand was op die twee testdagen. Ik had intussen alweer het vizier gericht op Amerika. Daarna heb ik nooit meer echt overwogen om Formule 1 te gaan rijden, ook omdat zich na mijn desastreuze test uiteraard geen goede aanbiedingen meer aandeden. De andere teams dachten waarschijnlijk dat ik de zoveelste ster uit Amerika was die in een Formule 1-auto niets klaarspeelde.”
“Intussen heb ik in Amerika in alles gereden wat los en vast zat. Ik heb de Indy 500 en het IndyCar-kampioenschap gewonnen. Daarnaast heb ik in NASCAR gereden, en in Grand-Am Sportscars. Intussen kan ik je dus wel vertellen dat er in Amerika heel veel goede coureurs rondrijden. De budgetten zijn ook een stuk lager dan in de Formule 1, waardoor jonge talenten makkelijker de stap naar het grote werk kunnen maken.”
“Hoe je het ook wendt of keert: Formule 1 is op technologisch gebied de meest geavanceerde klasse. Maar voor de rest denk ik dat IndyCar er niet veel voor onderdoet. Bovendien rijden we op enorm gevarieerde circuits zoals Watkins Glen en Mid-Ohio, maar ook op ovals en stratencircuits. Het heeft wel even geduurd voordat ik op ovals uit de voeten kon, hoor! Natuurlijk had ik graag succes gehad in de Formule 1, maar mijn geval bewijst dat er kennelijk meer nodig is dan alleen vaardigheid achter het stuur.”
Dit artikel is oorspronkelijk gepubliceerd in editie 16, 2010 van Formule 1 magazine. Abonnee worden of losse nummers nabestellen doe je Gerelateerd nieuws