Gasly: ‘Ervaring in Japan helpt bij werken met Honda’

Toro Rosso-coureur Pierre Gasly is van mening dat zijn ervaring in de Japanse Super Formula hem in staat stelt beter te communiceren met Toro Rosso’s nieuwe motorleverancier Honda.

Na het winnen van de titel in de GP2 (nu Formule 2) in 2016, had Gasly op een Toro Rosso-zitje voor 2017 gehoopt, maar Red Bull-kopstuk en -talentscout Helmut Marko besloot de Fransman eerst verder te laten rijpen in de Japanse Super Formula.

Gasly reed daarin voor het aan Honda gelieerde Team Mugen en greep maar net naast de titel, waarbij hij eind 2017 ook alsnog zijn langverwachte Formule 1-debuut maakte voor Toro Rosso. Dat team is dit jaar overgestapt op Honda-motoren en Gasly heeft al gemerkt dat zijn ervaring in Japan hem daarbij van pas komt.

“Ik denk dat het me zeker gaat helpen in de communicatie met Honda. Ik weet wat meer van de manier waarop ze werken, hoe je met ze om moet gaan en dingen moet benaderen”, vertelt Gasly Crash.net. Tot op heden hebben zich geen problemen voorgedaan, benadrukt Gasly, die vorige week samen met teamgenoot Brendon Hartley tot 324 ronden kwam in Barcelona, het meest van elk team.

“Tot op heden gaat het vooral om het geven van feedback aan de engineers om te zien op welke vlakken het beter kan”, zegt Gasly over de samenwerking met Honda. De Japanse fabrikant werkte van 2015 tot en met 2017 met McLaren, dat zich geregeld ergerde aan de Japanse manier van werken, waardoor de relatie verslechterde. De Honda’s waren de afgelopen jaren ook te zwak en te onbetrouwbaar en McLaren is voor 2018 overgestapt op Renault-krachtbronnen.

Toro Rosso verruilde Renault juist voor Honda en heeft zo voor het eerst in haar bestaan fabriekssteun. Behalve Gasly heeft ook teambaas Franz Tost ervaring met het werken met Japanners: hij begeleidde ex-Formule 1-coureur Ralf Schumacher toen de Duitser in 1996 kampioen werd in de Formula Nippon, de voorganger van de Super Formula. Als team heeft Toro Rosso afgelopen winter verder ‘les’ genomen over de Japanse cultuur om de communicatie en samenwerking te bevorderen.