Het is een rijdende tijdmachine. Wie door de deur van Zak Browns oldskool McLaren-motorhome stapt, waant zich in de jaren zeventig. Bijvoorbeeld in 1976 bij de Long Beach Grand Prix aan de Amerikaanse westkust.
Je ruikt als het ware de geur van motorolie en verbrand rubber die door de raampjes naar binnen dringt en zich mengt met de onmiskenbare geur van oud tapijt en geoliede lambrisering.
Toegegeven, het zullen geen écht harde jaren zijn die door de decennia heen in het tapijt en de rest van het interieur zijn gaan zitten, want volgens Brown zijn ‘alle stoelen en bedden nog in originele staat’. “En in goede staat ook, zoals je ook wel van McLaren zou verwachten”, vertelt hij trots, al heeft het motorhome wel een flinke mechanische onderhoudsbeurt gekregen. Die was niet goedkoop. Brown heeft, zegt hij, ‘meer uitgegeven aan het restaureren en conserveren’ van de Ford Condor II Motorcoach uit 1972, dan de aanschaf zelf.
Het is, hoe dan ook, dus niet zomaar een camper, en zeker niet voor Brown. Officieel staat er immers chief executive of McLaren Racing op zijn visitekaartje, maar hij is daarnaast nog iets behalve een autosportliefhebber: een ontzettende nerd voor autosportgeschiedenis.
En dat trof, want Brown kreeg bij de aankoop van de RV ook een soort verborgen, historische schat in handen. In de camper lagen namelijk nog allemaal paperassen. “Zo hebben we door ‘The Condor’ zelf dus veel over de geschiedenis geleerd. Dit motorhome is bij de Long Beach Formule 1-Grand Prix geweest, bij Indycar-races en kampioenschappen als IMSA en CAN-AM”, lichten zijn ogen op. “Er zijn foto’s van Peter Revson, Mark Donohue en Roger Penske met het motorhome”, lepelt Brown legendes uit de Amerikaanse autosportgeschiedenis op. “Het is gewoon een geweldig stuk geschiedenis.” Met een zucht: “Als deze muren konden praten…”
Het hele interview met Zak Brown en meer beeld van het Condor motorhome vind je in het nieuwste FORMULE 1 Magazine