Na de Elfstedentocht en New York Marathon is autoracen begin jaren ’90 het nieuwe sportieve doel van kroonprins Willem-Alexander. In het diepste geheim wordt de latere koning opgeleid. Een terugblik met betrokkenen: over een cursus, beveiligers, uitgaan, ingenomen fotorolletjes en een veto van premier Lubbers. Of was het koningin Beatrix?

Vrijdag 8 oktober 1993. Op de voorpagina van De Telegraaf gaat het onder meer over een bordeelhouder met ontvoerd zoontje en een celstraf voor de corrupte burgemeester van Brunssum. Maar al snel valt het oog op de kop rechtsboven: ‘Prins slaagt voor racelicentie’.

Het is de dag waarop Nederland leert dat in de toekomstig koning een begenadigd autocoureur schuilt. Willem-Alexander blijkt al enige tijd een cursus te hebben gevolgd, om uiteindelijk af te kunnen rijden en zo een racelicentie te verwerven.

Het nieuws gaat vervolgens als een lopend vuurtje rond. Ooit zal de kroonprins koning zijn van heel het land, maar op deze oktoberdag in 1993 is hij dat in ieder geval al van Zandvoort en omstreken.

‘One of the guys’

Tom Coronel wordt samen met andere instructeurs gepolst om les te geven, daarbij blijkt het zelfs te gaan om nog veel meer leden van de koninklijke familie. “Huub Vermeulen, van de Rensportschool Zandvoort, belde. Die zei tegen ons: ‘Jongens, dinsdagavond moeten jullie even langskomen’. Dat deden we, het was in het OCA-gebouw (van de marshals op Zandvoort, red.). We liepen naar binnen en toen zat daar zo’n beetje het hele Koninklijk Huis.”

Coronel geeft de kroonprins in die tijd veelvuldig les. “Hij was one of the guys, deed niet alsof hij heel speciaal was.” De twee kunnen het goed vinden: “Ik noemde hem ook gewoon Alex. We zijn dezelfde soort types en een beetje van dezelfde leeftijd (Coronel is geboren in 1972, de koning in 1967, red.) Ik vond en vind het een leuke vent.”

Lees het gehele artikel met prachtige anekdotes in ons dubbeldikke zomerpakket. Haal hem nu in de winkel of bestel hem digitaal (met gratis bezorging in Nederland)!