Het leven van Tom Coronel speelt zich af in de hoogste versnelling. Altijd, overal. Met een gerust hart kan hij de man met de vele gezichten genoemd worden: coureur, analist, ondernemer, entertainer en echtgenoot/vader. De kapstok waar alles aan hangt, is echter het racen. “Dat is waar ik iedere dag mijn bed voor uitkom.” Een vermakelijke monoloog.
Vandaag deel 2: Tom Coronel: entertainer, echtgenoot en vader
De entertainer
“Ik sta dit jaar voor het eerst in het theater, samen met Rob Kamphues, onder de naam het Grote Race Circus. Het is eigenlijk een uit de hand gelopen grap. Tijdens een etentje, een paar jaar geleden in de coronaperiode, met een fles Limoncello op tafel kwamen de verhalen op tafel en vervolgens kwam Rob met het idee om hier iets in het theater mee te gaan doen. Paulien (zijn vrouw, red.) viel hem bij en zei: Tom, dit is echt iets voor jou. Dus toen heb ik maar toegehapt. Ik zie het maar als een nieuw avontuurtje.
Het is helemaal nieuw voor mij. De eerste keer vond ik best spannend. Het theater zal helemaal vol en daar sta je dan ineens op de planken met de lichten vol op je gezicht een groot donker gat in te kijken. Want je ziet niet veel. We vertellen anekdotes, over Le Mans, Dakar, de Marlboro Masters, over alles eigenlijk. En we hebben het over The Greatest Of All Time. Daar gaan we met elkaar over discussiëren, ook in interactie met de zaal. Waarom het voor mij niet Fangio, Schumacher of Senna is, maar Max Verstappen. De voorstelling is succesvol, ook wel vanwege de zelfspot die erin zit.
‘Profijt van al die trucjes’
Wat het voor mij ook spannend maakt is dat mensen een kaartje kopen voor een leuke avond, terwijl ze geen flauw idee hebben wat ze kunnen verwachten. Dat brengt serieuze druk met zich mee. Ik schat in dat zeventig procent van de bezoekers autosportliefhebbers zijn, maar die andere dertig procent zijn reguliere theaterbezoekers die ook positief verrast willen worden. Ik heb gelukkig nog geen mensen gesproken die er niets aan vonden…
Gelukkig heeft Rob ervaring op de planken, hij is een theatermaker van huis uit. Dus hij coacht mij. Hoe ik moet staan, hoe ik moet bewegen en hoe ik een grap moet laten vallen. Van al die trucjes heb ik wel profijt, ook bij de normale presentaties die ik doordeweeks verzorgd. Ja, die worden er ook een stuk leuker van… In de show gaat het ook over Viaplay en Ziggo. Want ik werk nu voor Viaplay en Rob zit nog bij Ziggo. Dus dan dissen we elkaar, maar op een leuke manier.
‘Weinig ruimte voor spontaniteit’
Alles is vooraf gescript, tot op het woord nauwkeurig. Want het lampje gaat aan of de muziek gaat draaien op het moment dat Rob of ik een bepaald woordje zeggen. Er is dus weinig ruimte voor spontaniteit, dat maakt het echt een uitdaging.
Ik vind het theater voor nu leuk om erbij te doen, maar ik zie voor mezelf geen theatercarrière in het verschiet liggen. Dat is niets voor mij. Ik moet wel authentiek blijven. Het zegt genoeg dat ik tot mijn eigen show nog nooit in een theater was geweest. Ook niet tijdens een romantisch avondje met Paulien. Nee, dan ga ik met haar liever naar een circuit. Zo hebben we elkaar ook ontmoet.”
(Verhaal gaat verder onder de foto)
De echtgenoot en vader
Paulien en ik hebben twee kinderen die ook serieus druk zijn met hun sport. Carmen is druk met één pk’s, met paarden dus, en Rocco met karting. Ik ben geweldig trots op hoe ze het doen.
Ik vind het megagrappig dat iemand als Britt Dekker via Instagram aan Carmen vraagt of ze samen met haar een show wil doen tijdens het CHIO Amsterdam. Een hele show waar een paar duizend man naar zitten te kijken. Dat Britt haar vraagt is eigenlijk net zoiets als dat McLaren mij zou vragen of ik wil komen testrijden voor de Formule 1.
Ik ben enorm betrokken bij wat Carmen doet, maar als je kijkt naar uren, is het vooral Paulien die er veel tijd in investeert. Zij heeft meer met paarden dan ik. Dus dat is de rolverdeling die we hebben gemaakt. Paulien gaat met Carmen op pad, ik met Rocco.
‘Ik dwing ze niet om eerste te worden’
Waar het mij om gaat en waar ik blij van word is dat ik zie dat mijn kinderen bezig zijn het uiterste uit zichzelf te halen. Ik ben ze niet aan het dwingen dat ze eerste moeten worden, maar als ze tweede zijn geworden moeten ze zich wel afvragen waarom ze niet gewonnen hebben. En dat doen ze dus. Zij hebben de prestatiedrang ik ook heb, ze willen evenmin veldvulling zijn.
Die prestatiedrang merk je hier thuis ook. Aan tafel bijvoorbeeld. Dat ze elkaar de loef af proberen te steken hoeveel heats ze hebben gewonnen, maar ook wie als eerste het bord leeg heeft. En dan doe ik natuurlijk ook mee. Het is vervelend voor Paulien soms, want zij heeft dat competitieve wel een beetje losgelaten.
‘Dat sta je op pole voor het avondprogramma’
Rocco rijdt komend jaar het EK en WK in het OKJ, het hoogst haalbare, in Italië. Ik zie bij Rocco dingen van mezelf terug. Die extra bite vooral. Als ik weet dat hij niet meer kan, dan toch nog even die laatste tien minuten die tweetienden uit het dashboard vreten. Toen ik dat zag, dacht ik: hier kan ik wat mee. Het komt uit zichzelf. Rocco wordt kwaad als hij tweede wordt. Had hij dat niet gehad, dan had ik er ook geen energie in gestoken. Dan was het zonde van mijn tijd geweest.
Ik help hem omdat ik zie dat het kans heeft. Om heel ver te komen in de autosport, veel verder dan ik. In principe word je leerling beter dan je zelf ooit geweest bent. Voor Formule 1 gaat het ook om geluk. Right place, right moment. Gaan we het proberen? Ja. Gaan we het halen? Dat weten we over zes jaar. Maar gaat hij ver komen in de autosport? 100 procent! Kijk, als hij vijftien of zestien is en hij krijgt andere interesses, dan kunnen dingen anders lopen. Ik heb die fase ook gehad. Maar ik heb Rocco heel goed uitgelegd dat je beide passies goed perfect kan combineren, dat je een dag- en een nachtprogramma hebt. En als je in de dagprogramma de race wint, sta je op pole position voor het avondprogramma. Inderdaad, de perfecte motivatie, lijkt me.”