Toen hij nog Formule 1 reed, dacht hij nooit aan een rol als teambaas. Tegenwoordig wisselt Kamui Kobayashi zijn raceoverall door de week in voor een maatpak, want hij is behalve coureur nu ook teambaas van Toyota’s endurance-team. “Ik sta niet meer het hele weekend honderd procent in race mode.”
Het klinkt misschien een beetje als een comedysketch of Jambers-item: doordeweeks is Kobayashi een keurige manager, maar in het weekend scheurt hij over allerlei circuits met een snelle Toyota. Toch zijn de rollen eigenlijk omgedraaid, en is Kobayashi natuurlijk van huis uit coureur. Dat hij eind vorig jaar daarnaast voor de rol als teambaas werd gevraagd, kwam voor hemzelf ook als verrassing. De Japanner die tussen 2009 en 2014 indruk maakte op het grote Formule 1-publiek met zijn aanvallende manier van rijden, waardoor hij in dit pre-woke-tijdperk nog wel eens simpeltjes als Kamikaze Kobayashi werd weggezet, had meer talent dan hij in 75 Grand Prix-starts kon etaleren. Maar talent om een team te leiden, laat staan als teambaas? Dat spatte er ondanks dat Kobayashi menig populariteitsprijs won niet echt vanaf.
Anno 2022 leven we echter in andere tijden, en is Kobayashi zelf ook veranderd. Ouder – inmiddels 36 – en gepokt en gemazeld door zijn eigen Formule 1-exit, transitie naar de endurance-racerij en jarenlange successen met Toyota, met tussendoor de nodige Amerikaanse endurance-avonturen en talloze races in Japan. De rode draad die door zijn professionele leven loopt, is echter die van zijn relatie met Toyota.
“De eerste race die ik ooit reed was voor Toyota”, vertelt Kobayashi, die zijn eerste autosportstappen in deze Japanse opstapklasse maakte en door de automaker werd opgepikt, klaargestoomd en uiteindelijk naar de Formule 1 gebracht. In 2009 debuteerde hij voor Toyota in de koningsklasse, al had het autoconcern toen al besloten te vertrekken. Als vervanger van de geblesseerde Timo Glock, had het wel een mooi soort symboliek: Kobayashi als eerste Japanse coureur voor Toyota’s-fabrieksteam, als toegift tijdens haar uitzwaaitournee.
Toyota-terugkeer
Kobayashi koos daarna zijn eigen weg, kwam bij Sauber en Caterham terecht. Nadat zijn tijd in de Formule 1 er daarna op zat, kwamen hij en Toyota weer op elkaars pad – met Le Mans als nieuw gezamenlijk doel. Niet vreemd, want zeker binnen het door corporate loyaliteit gedreven Japan staan coureurs nou eenmaal als Honda-, Toyota- of Nissan-rijders bekend. Volgens Kobayashi ook dé reden dat hij nul op het rekest kreeg toen hij een keer bij Honda’s al eerder ter ziele gegane Formule 1-team aanklopte. “Ze waren niet geïnteresseerd, omdat ik een Toyota-jongen ben.” Toch moest Kobayashi zich ook bij Toyota eerst weer bewijzen. “Ik moest een soort shootout doen. Die won ik, en toen werd ik weer in het Toyota-programma opgenomen. Best zeldzaam”, zegt hij. “Er zijn niet veel Japanse jongens die weggaan bij een fabrikant en terugkomen.”
Kobayashi had zijn debuut in Le Mans al eerder gemaakt, in 2013 voor Ferrari in de GT’s, maar verscheen in 2016 in Toyota-kleuren aan de start. Zes jaar later mag hij zich zowel Le Mans-winnaar als tweevoudig kampioen in het World Endurance Championship (WEC) noemen. En teambaas van Toyota, dus. “Eind vorig jaar werd ik daarvoor gevraagd door mister Toyoda, Akio-san”, doelt hij op de hoogste Toyota-topman, Akio Toyoda, kleinzoon van Toyota-oprichter Kiichiro Toyoda. “Ik was pas 35 en had nog nooit een managementrol vervuld”, geeft Kobayashi toe dat hij wel even twijfelde. Maar ja, als de hoogste Toyota-baas je vraagt… “Ik heb goede gesprekken met hem gehad en besloot de uitdaging aan te gaan.”
Kijk naar het organogram van Toyota Gazoo Racing, de in Europa gevestigde tak waar de endurance-stal onder valt, en het is duidelijk dat Kobayashi niet de enige kapitein op het schip is. Samen met zeven anderen, waaronder eveneens ex-Formule 1-coureur Kazuki Nakajima en de Nederlandse team director Rob Leupen, moet hij alles in goede banen leiden. Kobayashi moet het Toyota-team vooral met succes door het steeds competitievere WEC-veld helpen sturen. “Er stappen steeds meer fabrikanten in, de strijd wordt feller. Als team helpt het als je dan iemand hebt die denkt als een coureur en weet hoe je performance vindt en een team neerzet. Dat is denk ik ook wat Akio-san voor ogen had.”
Geen managementboeken
Kobayashi de manager vertrouwt daarbij vooral op zijn uitgebreide autosportervaring. “Ik heb in veel kampioenschappen gewerkt, voor veel verschillende fabrikanten. Zeker de laatste tien jaar, waarbij ik ook veel in Europa heb geracet.” Of hij zich nog verder heeft voorbereid, bijvoorbeeld door managementboeken te lezen of een masterclass te volgen? “Nee”, lacht hij. Daarnaast is er ook niet echt een teambaas die er in al zijn autosportjaren is uitgesprongen waar hij nu een voorbeeld aan neemt. “Nee, maar ik hoef er ook niet echt aan herinnerd te worden wat een teambaas doet. Dat weet ik wel en uiteindelijk gaat het om wat je zelf denkt en waar je je in verdiept. Ik probeer mijn best te doen, maar ga mezelf niet veranderen.”
Als teambaas komen er natuurlijk allerlei dingen op je pad waar je als coureur niet zozeer over nadenkt, erkent Kobayashi. “Het is een rol met veel verschillende taken, zoals proberen budget te vinden om te gaan racen, het bedrijf gezond houden en aan de toekomst denken – niet alleen aan de volgende race. Ik denk dat ik negentig procent van de tijd bezig ben met de lange termijn.”
Veel van dat werk speelt zich niet op het circuit af. Voorheen zou dat betekend hebben dat Kobayashi uren of dagen op de Toyota Gazoo-fabriek in Keulen zou moeten zijn, of heen en weer vliegen naar het hoofdkwartier in Japan. “Maar veel meetings houden we nu online.” Ook vanwege de coronanaweeën, en nog altijd strenge reisrestricties voor Japan.
“Een groot deel van mijn rol heeft betrekking op Japan”, zegt hij. “Ik probeer de mensen binnen het bedrijf te helpen begrijpen waarom we als Toyota in de autosport actief zijn en wat we daar aan hebben voor onze straatauto’s. Zeker nu de auto-industrie nog bijkomt van de coronacrisis. Daarnaast is Toyota de laatste jaren veranderd”, doelt hij op het door Akio Toyoda uitgesproken ‘no more boring cars’-edict, dat de van oudsher primair als betrouwbaar bestaande automaker een nieuw en spannender elan moet geven. “We maken nu meer kleine sportauto’s of high-performance auto’s”, doelt hij op bijvoorbeeld de GR86 en Supra in het modellengamma, “maar ook de Yaris GR, een kleine auto die wel veel rijplezier moet brengen.”
Twee petten
Daarnaast is er natuurlijk het duurzaamheidsdilemma waar de hele auto-industrie mee worstelt. Juist daarin kan het WEC volgens hem een belangrijke rol spelen. “Ik denk dat de endurance-racerij wat dat betreft belangrijker is dan de Formule 1. Ja, in de Formule 1 gebruiken ze geavanceerde technologie om de auto’s zo snel mogelijk te maken, maar voor straatauto’s heb je er niet zoveel aan. Waar we in het WEC mee rijden, is denk ik relevanter. Dat is ook waarom nu zoveel andere automerken instappen”, verwijst hij naar de WEC-projecten van Peugeot, Porsche, Ferrari, Alpine, BMW en Lamborghini in Europa, en Cadillac en Acura (Honda) in het Amerikaanse IMSA, met als het goed is veel overlap.
Het uitleggen van het belang van autosporttechnologie voor dit soort klimaatuitdagingen, is ook iets waar Kobayashi binnen Toyota een rol in speelt. Als hij door de week uit bed rolt, voelt Kobayashi zich naar eigen zeggen ook meer ‘businessman’ dan coureur. Of hij met zijn nieuwe managementrol heeft voorgesorteerd op een toekomst als topman bij Toyota, daar heeft Kobayashi nog niet over nagedacht.
Tijdens de raceweekends heeft hij als coureur-teambaas sowieso nog twee petten op, tot zijn helm opgaat. “Zodra ik mijn vizier dichtklap en in de auto spring, ben ik coureur. Als ik uit de auto klim, probeer ik meer als teambaas te denken. Ik sta niet meer het hele weekend honderd procent in ‘race mode’. Vroeger dacht ik tijdens een raceweekend alleen maar aan het rijden, nu rij ik soms ’s ochtends een training, maar vertrouw er daarna op dat mijn teamgenoten de setup verder finetunen. Ik sta iets minder in de competitieve stand, maar word daar niet langzamer van, hoor! Ik heb nog genoeg ‘ruimte’ in mijn hoofd om achter het stuur alles te geven.” Je kan misschien zeggen dat Kobayashi corporate is gegaan, maar zo klinkt hij toch ook weer als een typische coureur.
Dit verhaal verschijnt in de nieuwste FORMULE 1 Magazine. Deze editie ligt weer in de winkel, met daarin verder alles over de door Max Verstappen gewonnen GP van Miami. In deze uitgave natuurlijk ook weer volop boeiende verhalen, interessante reportages, achtergronden en interviews. Met onder meer:
- Max Verstappen: balen in Bakoe, meesterlijk in Miami
- Reportage: Ernest Knoors wekt Arrows uit ’85 tot leven
- Interview: Pierre Hamelin: de souffleur van Nyck de Vries
- Reportage: hoe Haas meelift op Amerikaanse F1-gekte
- Columns Renger van der Zande & Amber Brantsen
- Gallery: de allermooiste beelden van Peter van Egmond
Gratis verzending in Nederland!