Ooit leek hij voorbestemd met zijn Finse landgenoot Keke Rosberg de Formule 1-top te bestormen. Maar waar de een wereldkampioen werd, bevredigde Mikko Kozarowitzky (76) zijn zucht naar adrenaline op een ander terrein. Hij deed zaken met Hugo Chávez en Jacob Zuma, belandde in de gevangenis, keek in de loop van een Kalasjnikov, maar gaf ook tennisles en bestierde een firma in auto-onderdelen in Sittard. Verhaal uit de krochten van de F1, van een man die eindelijk zijn rust heeft gevonden in het Limburgs heuvelland.
Er zijn oud-Formule 1-coureurs die van de aardbodem verdwenen lijken, waar geen spoor meer van te bekennen is. Neem Roelof Wunderink. Niemand die weet waar de ooit talentvolle Brabander uithangt. Voor Mikko Kozarowitzky gold decennialang hetzelfde. De Fin mocht in 1977 even ruiken aan de Formule 1, kwam door de liefde in Sittard terecht, maar verdween van daaruit in het ogenschijnlijke niets. Tot zijn naam na speurwerk weer opdook, ditmaal vanuit een verscholen dorp in het Limburgs heuvelland. Daar stoft hij zijn roerige verleden nog eens af. “Ik voel me beter dan ooit”, glundert de Fin als hij, goed gesoigneerd en met gebruind gelaat, zijn verhaal doet in een brasserie in hartje Heerlen.
Zijn positieve gemoedstoestand vertaalt zich in het lezen van boeken. “Als het even kan in mijn relaxstoel in de zon. Ik heb mijn rust gevonden. Eindelijk.” Hoe strijdig is die houding met zijn roerige geschiedenis. Kozarowitzky verkende alle uithoeken van de wereld; had zelden of nooit een thuis. Hij bivakkeerde tussen politieke leiders van dubieus allooi. Altijd op zoek naar adrenaline. De need for speed, in welke vorm dan ook. “Zucht naar geld was het niet. Ik zocht naar spanning. Dat was mijn drijfveer. Waarom, denk ik nu.”
Levend verbrand
De roerige levenswandel van Kozarowitzky vindt wellicht zijn oorsprong in een schokkende gebeurtenis op 8-jarige leeftijd. Mikko’s vader werkt in de autobranche, heeft een voorliefde voor snelle bolides en houdt zich bezig met testwerk. Onder meer voor Lotus, dat onder aanvoering van de legendarische Colin Chapman bezig is aan een opmars in de autosport. Chapman staat bekend om de bouw van ultralichte bolides. Snelle auto’s, maar gevaarlijke. “Kort voordat ik 8 jaar zou worden was ik met mijn vader mee. Hij crashte, de auto vloog in brand en voor mijn ogen verbrandde hij levend.”
Lees het volledige verhaal, geschreven door Ivo Op den Camp, in de nieuwe editie van FORMULE 1 Magazine! NU in de winkel en ook digitaal te bestellen (met gratis bezorging in Nederland).