Niet alleen voor de Formule 1, ook voor de raceklassen daaronder is Monaco een van de bijzonderste weekends van het seizoen. Voor de coureurs is de prestigieuze race door de smalle straten van de mondaine stadstaat niets minder dan een les in geduld en concentratie. Maar ook voor de teamleden heeft Monaco zo z’n uitdagingen.
Het is elk jaar weer een logistieke nachtmerrie, lacht Sander Dorsman. We spreken de teammanager van MP Motorsport op de maandag voor de Grand Prix van Monaco. Het team uit Westmaas heeft net een succesvol raceweekend in Barcelona achter de rug (twee keer winst in de Formule 2 voor Felipe Drugovich), maar tijd om feest te vieren is er niet. De aandacht is alweer volledig bij de race in Monaco.
Zoals altijd is het ook dit jaar weer een hele puzzel geweest om al het personeel en materiaal op tijd in het prinsdom aan de Middellandse Zee te krijgen. “We zijn een dagje langer in Barcelona gebleven om er onze auto’s te prepareren. Zondag na de race zijn we direct aan de slag gegaan om ze klaar te maken voor Monaco.” De auto’s staan inmiddels op de trailer en het personeel heeft de koffers gepakt. “Ze zijn onderweg naar de luchthaven in Barcelona en vliegen zo meteen door naar Nice.”
Konvooi
Vanaf het vliegveld van Nice is het een klein uurtje rijden naar Monaco. Daar is er maar weinig tijd om uit te rusten. “Normaal vertrekken we eigenlijk altijd dinsdag in de namiddag, maar nu is dat dus een dagje eerder”, licht Dorsman het strakke schema toe. “Het grote verschil is natuurlijk dat we nu al op donderdag rijden. We hebben op die dag onze vrije trainingen en dan op vrijdag de kwalificatie, zaterdag race 1 en zondag race 2. Het hele weekend is dus wat meer uitgesmeerd. We worden nu al op dinsdag door de politie van Monaco door de stad naar onze plaats gebracht. Dat betekent ook dat we de opbouw van de paddock een dagje eerder hebben. In plaats van woensdag worden we nu dinsdagmiddag op onze plek gezet. Vanaf één uur gaat alles in konvooi naar beneden.”
Die Formule 2-paddock is overigens een bijzondere in Monaco. De rijke F1-teams ontvangen hun gasten het liefst met alle égards op enorme jachten of in de extravagante paddockclub aan de rand van de haven. De ontvangstruimtes voor de opstapklassen zijn wat verder naar achteren weggemoffeld. “Onze paddock is eigenlijk als je bij La Rascasse links de hoek omgaat en dan de heuvel oprijdt. Daar is onder het koninklijk paleis de parkeergarage Les Pêcheurs en daar staan wij. In de parking op de eerste etage en de begane grond. We hebben mooi uitzicht op zee, alleen je hebt een soort tralies dus iedereen noemt het Alcatraz.”
Betonnen bak
Verre van glamoureus dus. Maar zoals elk nadeel heeft ook het werken in de betonnen bak aan het water zo zijn voordelen. “Als het warm weer is dan is het daar nog lekker koel. Normaal gesproken staan we natuurlijk tijdens de meeste Grands Prix in de pitbox of onder een tent. Maar ja in die parkeergarage kun je de tent niet opzetten dus het is wel een beetje apart.”
Ondanks de komst van Miami en volgend jaar Las Vegas is Monaco nog steeds de maat der dingen in de Formule 1. Zoals altijd vormen de gastenlijsten van de Formule 1-teams en de FIA een fijne selectie van de internationale jetset. Wie denkt dat ook in de Formule 2 de sterren rijen dik op de stoep staan, komt bedrogen uit, zegt Dorsman. “Eigenlijk was juist Barcelona voor ons een knettergek weekend. We hadden daar heel veel gasten, ik schat een stuk of zestig, zeventig. En in Monaco hebben we er eigenlijk een stuk minder, grappig genoeg. Ik denk dat het er misschien vijftien zijn.” In ieder geval levert dat dan weer wat minder hectiek op.