Lando Norris zag zijn uitvalbeurt in de Grand Prix van Brazilië als een ‘geluk’, aangezien hij zich door voedselvergiftiging niet 100 procent voelde.
Norris sloeg de mediaverplichtingen op donderdag over vanwege voedselvergiftiging. Bij McLaren werd Nyck de Vries al voorbereid op een mogelijke invalbeurt, al keerde Norris vrijdag gewoon weer terug op het circuit.
Ook al voelde Norris zich nog niet goed, kwalificeerde hij zich als vierde en kwam hij in de sprintrace als zevende over de streep. Op zondag had Norris er opnieuw de snelheid in zitten, al kreeg hij wel een tijdstraf van vijf seconden voor een incident met Charles Leclerc. Twintig ronden voor het einde moest hij zijn McLaren naast de baan parkeren vanwege elektrische problemen.
Voor Norris was het uiteindelijk een weekend om te vergeten. “Ik was er slecht aan toe op zaterdag”, blikt Norris terug. Op zondag voelde hij zich ‘een beetje beter’, maar dat kwam mede doordat hij ‘niet veel van de race’ meereed. “Op een gegeven moment worstelde ik fysiek wel wat, maar toen was mijn race voorbij.”
Lees ook: Verre van fitte Norris loopt op zijn tandvlees: ‘Ik overleef het wel, maar het is een worsteling’
Norris voelde zich steeds beter, al maakte de zondag het juist weer wat erger. “De laatste dag eiste wel zijn tol. Vanaf de donderdag at en dronk ik twee dagen niet. Ik verloor bijna 4 kilo, ik worstelde enorm. Iedereen dacht dat ik wel in orde was na de vrijdag omdat ik goed presteerde en we snel waren, maar het was juist het tegenovergestelde. Ik moet nu herstellen voor de volgende race”, doelt hij op de Grand Prix van Abu Dhabi.
Na twee dagen zonder eten en drinken kon Norris op zondag wel weer wat naar binnen krijgen. “Dat was waarschijnlijk wel het belangrijkste op zo’n hete dag.” Norris weet dan ook zeker dat hij er ‘behoorlijk slecht’ aan toe zou zijn geweest als hij niet was uitgevallen en de hele race had moeten uitrijden. “In zekere zin had ik dus geluk dat ik dat niet hoefde te doen, maar het was tegelijkertijd jammer.”