Voormalig Lotus-teambaas Peter Warr is maandag overleden na een hartstilstand. Hij stond aan de wieg van de successen van onder meer Rindt, Fittipaldi en Senna.

Warr was geen onverdienstelijke coureur. Hij won in 1963 de eerste Grand Prix van Japan, een sportscarrace, op Fuji in een Lotus. Maar hij maakte pas echt naam als teammanager.

Colin Chapman voegde Warr eind 1969 toe aan zijn technische staf. Warr speelde een belangrijke rol bij het binnenhalen van de wereldtitels van Jochen Rindt in 1970 en Emerson Fittipaldi in 1972.

Na een uitstapje naar Wolf vanaf 1977, keerde Warr medio 1981 terug bij Lotus. Na het overlijden van Colin Chapman in december 1982 werd hij benoemd tot teambaas. Ondanks bezwaren van sponsor John Player’s Special, die met Nigel Mansell verder wilde gaan, ging Warr in zee met de talentvolle jongeling Ayrton Senna.

Na een matige seizoensstart in 1989 nam Warr afscheid van de renstal. Daarna was hij onder meer actief als racesteward voor de FIA en secretaris van de British Racing Drivers’ Club.

Bernie Ecclestone bewijst Warr de laatste eer. “Ik heb een goede vriend verloren. Hij zal worden gemist door de duizenden mensen die hem kenden. Gedurende zijn periode in de Formule 1 heeft hij me geholpen de sport te maken tot wat het nu is. Bedankt Peter”, aldus Ecclestone.