Pirelli verwacht dat de teams in de race geen problemen krijgen met blaarvorming op de banden, wat gisteren tijdens de vrije trainingen wel het geval was. Een éénstopstrategie is volgens autosportchef Mario Isola het meest voor de hand liggend.

Omdat de Grand Prix van Duitsland vorig jaar niet op de kalender stond, kon Pirelli geen data uit 2017 gebruiken. “We hebben het benaderd als een nieuw circuit, want de vorige keer dat we hier waren, in 2016, waren de auto’s en de banden heel anders. Maar de trainingen hebben bevestigd dat het geen zwaar circuit is voor de banden.”

Toch zagen met name de rechterachterbanden er gisteren niet al te fris meer uit. “We zagen gisteren inderdaad blaren op de ultrasofts door de hete temperaturen”, verklaart Isola. “De softs en mediums waren echter constant en zijn beter geschikt voor de race. De tijdsverschillen tussen de compounds zijn klein, ook omdat het maar een korte ronde is. Een pitstop minder maken is een groter voordeel dan meer van de banden kunnen vragen.”

Isola rekent dus op een éénstopstrategie. “Voor de topteams moet het mogelijk zijn om van Q2 naar Q3 te gaan met de softs. De andere teams zullen tijdens de eerste stint voorzichtig moeten omspringen met de banden, maar als ze na 15 ronden overstappen naar de mediums kunnen ze daarop het eind van de race halen.”

Naar verwachting is het zondag een stuk koeler dan op vrijdag, en zou het tijdens de kwalificatie zelfs kunnen regenen. “Het is het tegenovergestelde van Oostenrijk, waar het op vrijdag koel was en op zondag heet. Blaarvorming zal daardoor geen probleem zijn, maar misschien wel wat ‘graining’ linksvoor. Tractie is cruciaal in de laatste sector, maar de teams weten wat ze moeten doen om de banden goed te houden.”