Hoewel Sergio Pérez na de crash van Max Verstappen in Bakoe aan de leiding ging en concurrent Lewis Hamilton vlak achter de Mexicaan volgde, maande Red Bull de wedstrijdleiding aan om de rode vlag te zwaaien. Voor de veiligheid van de alle coureurs wilde het team uit Milton Keynes graag dat iedereen zijn banden kon wisselen.
Aan het einde van ronde 46 gaat het mis voor Verstappen. Van het ene op het andere moment ploft zijn linker achterband, waardoor zijn RB16B onbestuurbaar wordt. Verstappen belandt met 300 kilometer per uur in de muur. Net zoals bij de crash van Lance Stroll kreeg het team geen enkel signaal dat er wat mis zou zijn met het rubber.
Lees ook: Pirelli vond ook een snee in Hamiltons band: ‘Mogelijk door brokstukken, net als bij Max en Lance’
Twee onvoorspelbare crashes met 300 kilometer per uur is genoeg, lijkt Red Bull te denken, en dus gaat sportief directeur Jonathan Wheatley over de radio meteen in gesprek met racedirecteur Michael Masi. “Michael, ik weet dat je het druk hebt”, zegt Wheatley. “We kregen geen enkele waarschuwing voor dat defect, niets in de data, geen vibraties… Ons punt is: Overweeg een rode vlag en zodat iedereen de mogelijkheid heeft om banden te wisselen”, zo maant de sportief directeur van Red Bull de wedstrijdleiding aan.
Die rode vlag komt er niet veel later ook, al hadden de wedstrijdleiding en Masi daar ook andere redenen voor. “Om eerlijk te zijn, dacht ik er al over na”, vertelt Masi in gesprek met RaceFans. “Maar we communiceren naar iedereen op dezelfde manier. Gezien het aantal ronden dat we nog te gaan hadden, de herstellingswerken die werden uitgevoerd en het feit dat er op dat moment zoveel brokstukken op baan lagen, was het naar mijn mening de beste optie om de race op te schorten, alles op te ruimen en vervolgens de race te laten finishen”, legt de Australische wedstrijddirecteur uit.
Lees ook: Horner: ‘Red Bull was doodsbenauwd voor herstart, maar achteraf zijn we er blij mee’