Daniel Ricciardo had gedacht dit seizoen om de titel mee te doen. In praktijk komt daar weinig van terecht, dus de Red Bull-coureur heeft zijn verwachtingen moeten bijstellen.

“Ik ging dit seizoen met veel vertrouwen in, na hoe het in 2014 ging. Ik voelde me klaar om mee te doen om de titel en had me daar mentaal ook op voorbereid”, verklaart Ricciardo – die in 2014 drie races wist te winnen en derde was in het WK – tegenover Autosport.

In de eerste helft van 2015 moest Ricciardo het aanvankelijk echter slechts met puntenklasseringen in de tweede helft van de top tien doen. Pas in de laatste race voor de zomerstop, de Grand Prix van Hongarije, pakte de in de tussenstand als zevende geklasseerde Ricciardo zijn eerste podiumplek.

“Ik dacht na de eerste paar races dat het nog wel goed zou komen, maar totdat we naar Hongarije gingen, gebeurde dat maar niet”, blikt de Australiër terug. “Ik heb me daar echt aan moeten aanpassen”, vertelt Ricciardo, die toegeeft dat het ‘niet makkelijk is geweest’.

De coureur uit Perth heeft niets veranderd aan zijn manier van rijden, maar wel wat zijn benadering betreft. “Want het gaat erom dat je voor het vechten om de zesde plek toch eenzelfde soort motivatie kan opbrengen als wanneer je om zeges strijdt”, vertelt hij.

“Ik ben uiteraard nog tot op het bot gemotiveerd, maar als het zo gaat, wordt wel extra duidelijk dat het een stuk makkelijk is jezelf te motiveren als je weet dat je om overwinningen meedoet”, vervolgt Ricciardo, die bekent dat hij een paar keer gefrustreerd is geweest.

“Ik reageer soms iets te emotioneel”, ziet hij in. “Ik moet dan terug naar de basis en voor mezelf vaststellen dat ik alles doe wat ik hoor te doen, en op de juiste manier. Het gaat erom dat je geconcentreerd blijft en dat je als je een auto hebt waarmee je zesde kan finishen, ook minstens zesde wordt.”