De Grand Prix van Duitsland op Hockenheim draait maar om één man, en die stelt niet teleur: Michael Schumacher geeft zijn thuispubliek met een klinkende zege precies wat ze verwachten. En om het nog net een beetje mooier te maken, valt rivaal Damon Hill al vroeg uit, zodat Schumacher weer een belangrijke volgende stap richting de titel zet en zijn voorsprong uitbouwt tot 21 punten. Ondanks het fraaie einde voor Schumacher, is het Hill die beter aan de Duitse Grote Prijs begint. De Engelsman is in beide kwalificaties de snelste man en verdient de poleposition. Op zaterdagmiddag durft hij ook nog wel te dromen: “Het team heeft alles goed voor elkaar en we zijn vol vertrouwen, dus ik zal er niet omheen draaien dat ik hier wil winnen.” Helaas voor Hill verandert zijn droom al snel in een nachtmerrie, als hij na twee rondjes om onduidelijke redenen van de baan spint en uit leidende positie uitvalt. “De achterwielen blokkeerden zomaar, ineens, waardoor ik van de baan schoof. Ik heb hier geen verklaring voor”, is het enige wat hij te zeggen heeft als hij na een lange wandeling – onder luid gefluit van alle Duitse fans – terugkeert in de pits. Voor Schumacher gaat alles ondertussen perfect. De Benetton-coureur heeft eigenlijk van niemand echt iets te duchten na het uitvallen van Hill. “Ik kon het bijna niet geloven toen ik Hill van de baan zag schieten, maar ik moet bekennen dat ik het niet erg vond”, erkent de Duitser, wiens team Benetton het wederom slimmer speelt dan Williams qua strategie: “David Coulthard zette me onder druk, maar daar voor twee stops te gaan, hadden we het in eigen hand”, weet de titelverdediger voor wie de thuiszege ‘misschien wel mooier voelt dan het winnen van de titel van vorig jaar’. Achter Schumacher is het dus Coulthard – die voor één stop is gegaan – die tweede wordt. De derde plek in een verder weinig spannende race is er voor Gerhard Berger. Erg blij is de Ferrari-coureur er niet mee. Hij is vooral boos omdat hij een stop and go heeft gekregen voor een valse start. De vierde plek is voor Schumachers teamgenoot Johnny Herbert. Sauber-invaller Jean-Christophe Boullion scoort zijn eerste twee Formule 1-punten op P5. Parttimer Aguri Suzuki pakt ondertussen zijn eerste en laatste punt van het jaar. De Japanner moet zijn Ligier-zitje delen met Martin Brundle, waarbij Brundle uiteindelijk elf races rijdt en Suzuki, die op voorspraak van Mugen-Honda meedraait, vijf keer meedoet. Wat speelt er nog meer?
Berger is overigens lang niet de eerste coureur in 1995 die zich beklaagt over een (vermeende) valse start. De reden? Sinds de Grand Prix in Imola wordt gebruik gemaakt van sensoren in het wegdek die de posities van de coureurs registreren tijdens de start-procedure. Dat is wennen voor de teams en coureurs, want de auto’s springen steevast wat naar voren als ze in de versnelling worden gezet. Volgens Berger valt er door coureurs weinig aan te doen: “De apparatuur is gewoon te gevoelig. Mijn auto rolde echt maar een paar centimeter naar voren toen ik ‘m in z’n één zette.”
Het begint wat stiller te worden omtrent Jos Verstappen, die sinds de ondergang van Simtek al vier races aan zich heeft moeten laten voorbijgaan. De Nederlander blijft de hoop koesteren dat Benetton-teambaas Flavio Briatore iets voor hem kan betekenen en hem elders weet onder te brengen.