De Formule 1 wordt dit weekend herenigd met een oude liefde: op het Autodromo Enzo é Dino Ferrari in Imola wordt de zogeheten GP van Emilia Romagna verreden. Het circuit in de bossen van Bologna is beroemd en berucht maar is sinds 2006 niet meer bezocht door de koningsklasse. Coureur Tom Coronel frist het collectieve geheugen nog even op.
Het is behalve de layout zelf ook de omgeving van de baan die Coronel kan bekoren. “Het ligt in een woonwijk, mensen hebben er hun schutting tegen het circuit aan staan. Waar kom je dat nou nog tegen? Als je bij Imola komt aanrijden denk je: waar is het circuit? Maar opeens sta je in een straatje en ben je er.”
Lees ook: Kvyat genoot van imperfectie van Imola: ‘Moderne circuits zijn té perfect’
“Ik heb vaak en met verschillende type auto’s op Imola gereden: Formule-auto’s, GT’s en toerwagens. Er zitten wat rare bochten in het circuit, het gaat omhoog en omlaag. De bekendste bocht is Tamburello, waar Ayrton Senna in 1994 is verongelukt. Ze hebben de snelheid daar uitgehaald. Via de Variante Villeneuve kom je bij Tosa uit, een wat rare bocht met een knik die in een blinde hoek zit.”
“De Variante Alta heeft vette kerbs waar je flink overheen kunt banjeren. Op dat punt zit je zo’n beetje in de achtertuin van mensen: als je goed kijkt kun je de was zien hangen. Imola is een baan met voornamelijk medium- en low speed bochten, daardoor kun je dichter achter andere auto’s rijden. Ik ben heel erg benieuwd hoe het qua inhalen is voor de Formule 1. Maar deze baan is altijd goed voor de Formule 1 geweest. Dus waarom nu niet?