Vandoorne: ‘Wil gewoon genieten van deze laatste Grands Prix’

Stoffel Vandoorne heeft nog drie races voor de boeg voor er (voorlopig?) een eind komt aan zijn Formule 1-carrière. “Ik wil gewoon zoveel mogelijk van deze races genieten”, vertelt de Vlaming.

“Dat ga ik dan ook proberen te doen”, zegt de McLaren-coureur, die erkent dat het ‘wel anders voelt’ nu hij al een tijdje weet dat zijn toekomst op de korte termijn niet in de koningsklasse ligt, al wil hij niet zeggen dat er geen sprake meer is van druk: “Want de druk staat er altijd wel op, maar het voelt inderdaad wel anders, ja.”

Tot zijn genoegen weet Vandoorne sinds kort hoe zijn toekomst er wél uit ziet, met de Belg die half oktober werd aangekondigd als coureur van het aan Mercedes gelieerde HWA in de Formule E.

Officieel: Vandoorne maakt overstap naar Formule E met HWA

“Ik ben blij”, beaamt hij, gevraagd of hij happy is met zijn overstap naar de elektrische raceklasse. “Ik verheug me ook op de compleet nieuwe omgeving die me in de Formule E wacht, en dat het sowieso allemaal nieuw voor me is.”

Een campagne in de Formule E is mogelijk te combineren met racen in nog een andere klasse, zoals het WEC. Of het daar van komt, is volgens Vandoorne een gevalletje ‘we moeten maar zien’. “Op het moment is er niks anders rond. Het goed doen in de Formule E, heeft prioriteit. Wat verder voorbijkomt, is afwachten. Ik sluit niks uit, maar het is gewoon te vroeg daar nu iets over te zeggen.”

Agressie?
Waar Vandoorne desgevraagd nog wel iets over zegt, is de opmerking van McLaren-CEO Zak Brown dat hij graag een Vandoorne had gezien die ‘misschien wat agressiever was geweest’ en vaker met zijn vuist op tafel had geslagen om dingen naar zijn zin te krijgen. “Ik heb daar niet echt een mening over, maar mijn feedback is altijd heel goed ontvangen bij de engineers. Ik denk verder niet dat agressief zijn noodzakelijk is voor je kwaliteiten als coureur.”

“Ik heb mijn eigen manier van werken, al uit het verleden. Dat heeft altijd voor me gewerkt, dus ik denk ook niet dat ik mijn aanpak hoef te veranderen.”