Max Verstappen is dik tevreden met zijn optreden in de Italiaanse kwalificatie: “Het was leuk om in de regen te rijden en de tweede tijd is onder de gegeven omstandigheden gewoon een prima resultaat.”

Max Verstappen mocht dan op voorhand al weten dat hij een slechte startpositie zou innemen voor de race, dat betekende niet dat hij zich niet van zijn beste kant liet zijn. Even leek het er zelfs op dat hij poleposition zou gaan pakken, maar Lewis Hamilton liet zien dat je nooit buiten hem mag rekenen.

Desondanks is Max Verstappen tevreden met zijn tweede tijd en zijn laatste rondje in het bijzonder: “In Q3 was de auto niet zo goed als in de eerste twee kwalificatiedelen, maar mijn laatste ronde was wel goed”, zo staat te lezen op Verstappen.nl. Ik hoorde van mijn engineer dat ik op pole stond, waarna hij me weer mijn sectortijden begon door te geven, maar ik vroeg hem me te vertellen wat Hamilton aan het doen was.”

Hamilton was op dat moment bezig Verstappen op een seconde te rijden, een marge waar Verstappen niet ontevreden mee is: “Met ons pakket is dat op deze baan gewoon een goed resultaat.”

Verstappen, die blij is dat de kwalificatie vandaag gewoon onder natte omstandigheden werd afgewerkt – “anders had ik me nooit als tweede kunnen kwalificeren” -, koos in tegenstelling tot veel van zijn collega’s voortdurend en eerder dan hen voor de full wets van Pirelli. Een bewuste keuze: “De baan was regelmatig ‘droog’ genoeg voor intermediates, maar die zijn dit jaar veel harder dan voorheen en dus moeilijker op temperatuur te krijgen.”

“De full wets zijn wat zachter en dus wat makkelijk op temperatuur te krijgen”, vervolgt Verstappen. “Toen het in Q3 weer harder begon te regenen, bleken de full wets zeker de juiste keuze.”

Verstappen blikt na een goed verlopen kwalificatie vooruit op de race waarvan hij ‘nog maar moet zien wat het wordt’: “Onze startpositie is niet geweldig, maar punten zitten er in. Het is echter jammer dat de Force India’s en Williamsen zo ver voor ons staan. Zo kunnen ze direct al veel tijd winnen, maar dat neemt niet weg dat we ons best gaan doen!”