Sebastian Vettel prijst zich gelukkig met de poleposition voor de Grote Prijs van Hongarije, maar rekent zich nog niet rijk: “Het belangrijkste moet nog komen, maar dit is wel goed.”
Vettel snelde naar de eerste startplek.
Een circuit waar hij dol op is, veel steun van de fans op de tribunes, een lekker zonnetje én een Ferrari die goed genoeg is voor pole: blijer kun je Sebastian Vettel eigenlijk niet maken. “Ja, daar draait het om”, grinnikt hij na de kwalificatie. “Dit is erg mooi, zeker met mijn teamgenoot Kimi Räikkönen naast me op de eerste rij, is het geweldig zo. Ik heb ook zeker zin in zondag”, vertelt hij.
“Ik ben blij met waar we als team staan, al helemaal als je het vergelijkt met twaalf maanden geleden”, vervolgt Vettel, doelend op hoe 2016 een stuk minder jaar was voor Ferrari. Dit seizoen is hij titelkandidaat, al was het vorige raceweekend, in Silverstone, dan weer lastiger voor de Scuderia, met Mercedes dat daar wel erg sterk leek.
In Hongarije zijn de rollen echter omgedraaid. Geen toeval, maar ook niet toe te schrijven aan een of andere magische vondst, zegt Vettel: “We werken gewoon heel hard. Ook hier weer, waar de auto vandaag gewoon geweldig was”, vertelt Vettel, die echter weet dat het ook hard werken blijft. “En het belangrijkste werk wacht ons morgen. We hebben nog niks gewonnen, maar dit is een goed begin.”
Räikkönen denkt dat hij pole had kunnen pakken.
In de andere Ferrari kwam Räikkönen tot op 0.168 seconde van Vettel. “Het was geen heel goed rondje”, zegt hij over zijn ultieme poging in Q3. “Het begin was goed en het eind niet slecht, maar er tussenin, bij de chicane, remde ik aan op de buitenste kerb en kreeg ik veel onbalans.”
“Mijn ronde was alsnog goed genoeg voor de tweede plek, maar ik had het gevoel dat ik ‘m makkelijk had kunnen hebben als dat bij de chicane niet was gebeurd”, zegt Räikkönen over de strijd om de poleposition.
Net als Vettel haalt Räikkönen aan dat de strijd nog niet gestreden is – “want er wacht ons een lange race” – wat voor hem natuurlijk zowel positief als negatief kan zijn. Of Ferrari dan weer zo sterk zal zijn, wil Räikkönen niet zo hard uitspreken. “Op basis van de rondetijden van vandaag zou je zeggen van wel, maar als je naar die van gisteren kijkt, zou je zeggen van niet. De auto was in de kwalificatie echter een stuk beter en daar ben ik blij mee.”
