Sebastian Vettel had na zijn moeizame vrijdag niet verwacht zo ver naar voren te kunnen staan op zaterdag. Teamgenoot Kimi Räikkönen is eveneens blij met zijn auto, maar niet met zijn eigen optreden.

Sebastian Vettel is na de kwalificatie voor het eerst dit weekend een blij man: “Mijn laatste ronde in Q3 was goed genoeg voor een plekje op de eerste startrij en ik moet zeggen dat het gat naar Hamilton een stuk kleiner is dan we hadden verwacht”, aldus de ietwat opgeluchte Ferrari-piloot.

Nadat op de vrijdag de voorkant van Vettel’s Ferrari aanvoelde als ‘pudding’, heeft het team besloten er een nieuw chassis tegenaan te gooien: “Ze hebben de auto in de avond compleet opgebouwd, zonder daarbij de avondklok te overtreden. Ze hebben geweldig werk geleverd!”

Met het oog op de race vertrouwt Vettel op de racepace van zijn scharlaken rode bolide: “Normaal gesproken zijn we nog wat sterker in de race dan in de kwalificatie, dus daar kijk ik heel erg naar uit. Het is zaak om goed weg te komen en van daaruit zien we wel wat we kunnen. We beschikken in ieder geval over een auto die snel genoeg is om het gevecht mee aan te gaan.”

Räikkönen
Ook Kimi Räikkönen (P5) voelde zich gedurende het kwalificatie-uurtje wat meer op zijn gemak achter het stuur van zijn Ferrari dan in eerdere trainingssessies: “Hij is nog niet beter geweest dan vandaag. We hebben na de vrijdag wat aanpassingen gedaan, waardoor ik me nu een stuk beter voelde in de auto.”

Dat het alsnog ‘slechts’ de vijfde tijd opleverde, stemt Räikkönen dan weer wat minder tevreden: “Ik was een redelijke kwalificatie, maar er had meer in gezeten. De ene ronde was beter dan de andere, maar dat ene goede rondje bleef uit.”