In ruil voor 300 miljoen euro verwierf Azerbeidzjan zich vanaf 2016 voor vijf jaar een plek op Formule 1’s uitpuilende kalender. Een kostbaar feestje wanneer er jaarlijks nog geen anderhalf miljoen aan inkomsten uit kaartverkoop binnenstroomt. Maar vooralsnog betaalt Bakoe de rekening met graagte.
Gas en olie (ruim één miljoen vaten per dag) hebben Azerbeidzjan – of beter gezegd de almachtige president Ilham Aliyev en zijn entourage – grote welvaart gebracht. Geld is er aan de boorden van de Kaspische Zee, ondanks de daling van de olieprijs, nog steeds in overvloed. Geld dat niet alleen in architectonische hoogstandjes (google maar eens op Heydar Aliyev Center) wordt geïnvesteerd, maar ook in het organiseren van sportevenementen. Zo was Bakoe sinds 2015 gastheer voor de eerste editie van de European Games (geschatte kosten ruim een miljard), de schaakolympiade, het EK volleybal voor vrouwen, haalde het de Formule 1 dus voor zeshonderd miljoen binnen de historische stadspoorten én is dit jaar jaar decor voor het Europees Jeugd Olympisch Festival. President Aliyev maakt als wilde weldoener graag goede sier met zoveel gastvrijheid. Inkomsten lijken van secundair belang. VisitekaartjeNet als in andere centraal geleide staten (Singapore, Bahrein, Rusland en Abu Dhabi) zijn sportevenementen voor de Azerbeidzjaanse overheid een belangrijk visitekaartje – een manier het land op de (Europese?) kaart te zetten. Niet alleen omwille prestige, maar ook om zichzelf in vol ornaat en als een modern land aan de wereld te presenteren. Formule 1 past voor moderne dictaturen perfect in de hunkering naar internationale erkenning. En dat mag best iets kosten: in Azerbeidzjan grofweg zo’n zestig miljoen euro per aflevering. Voormalig commercieel rechtenhouder Bernie Ecclestone wist wel hoe hij organisatoren moest verleiden. De komst van zijn hogesnelheidscircus had en heeft een stevige prijs. De nieuwe eigenaar, Liberty Media, is voorlopig niet van plan klanten korting te geven. Liberty’s topman Chase Carey voerde onder meer daarover begin 2018 een gesprek met de Azerbeidzjaanse minister van sport & jeugd Azad Rahimov, die steeds meer begon te morren over de torenhoge jaarlijkse vergoeding. De uitkomst van het overleg zinde hem ogenschijnlijk allerminst, al werd begin dit jaar tóch een contractverlenging (tot maar liefst 2023) bekendgemaakt. Heeft Liberty toch water bij de wijn gedaan, of blijft de Azerbeidzjaanse oliegeldstroom toch richting de Formule 1 stromen? Kostenplaatje
Want net als voor alle andere GP-organisatoren geldt dat de forse investering voor een weekendje racen alleen via kaartverkoop valt terug te verdienen. Een onmogelijkheid, constateert Rahimov. Zeker in Bakoe, waar langs de baan krap twintigduizend tribuneplaatsen beschikbaar zijn. De eerste race in 2016 trok tot grote teleurstelling van de organisatoren slechts 12.000 fans, vorig jaar en het jaar erop waren het er wel meer. Toch leverde het de organisatie, volgens Rahimov een particuliere maar wel eentje met overheidssteun, bijvoorbeeld in 2017 nog geen anderhalf miljoen euro aan inkomsten op. Toerisme dekt tijdens de GP evenmin de kosten. “Wij kunnen geen sponsors werven, zolang die niet langs de baan zichtbaar mogen zijn”, meent Rahimov. “Alle boarding- en advertentierechten behoren aan de rechtenhouder.” Zo is de jaarlijkse Grand Prix voor Azerbeidzjan hoe dan ook een wel heel erg kostbaar feestje. Een ander probleem voor Bakoe is de capaciteit van hotelbedden. Volgens Rahimov zijn er 9.500 beschikbaar, waarvan de Formule 1-gemeenschap alleen al 2.500 afneemt. “Met de overige bedden kunnen we zo’n tienduizend gasten herbergen.” Dat is precies het aantal kaarten dat voor de internationale markt beschikbaar is. De rest is voor de lokale bevolking, die (ook vanwege de hoge prijzen) niet warm loopt voor het exclusieve racefeest.
(tekst loopt door onder de foto) Toch is er één ding waarmee Azerbeidzjan wel keurig in de pas loopt met de meeste collega’s: de muzikale omlijsting. Sam Smith, CardiB en Robin Schulz zijn voor de komende GP als attractie gecontracteerd. Rahimov: “We willen met de Grand Prix een groot evenement, vol vermaak, verrassing en met grote sterren organiseren.” En dan is duidelijk: het mag voorlopig nog altijd wat kosten, dat streven naar aanzien en goede publiciteit.
Vrijdag 26 april
11:00 – 12: 30 1e vrije training
15:00 – 16:30 2e vrije training
Zaterdag 27 april
12:00 – 13:00 3e vrije training
15:00 – 16:15 kwalificatie
Zondag 28 april
14:10 – 16:00 race Dit artikel is eerder gepubliceerd in FORMULE 1 nr. 05, 2018. Dit is een aangepaste versie.