Wat is er dan nog over voor Hülkenberg? Hij is goed met Alfa Romeo-baas Fred Vasseur, de twee kennen elkaar uit de Formule 3 en GP2 en de Fransman speelde een belangrijke rol bij de komst van Hülkenberg naar Renault. Om daar vervolgens te vertrekken voor The Hulk goed en wel was begonnen. Maar of Vasseur een plekje kan vrijmaken bij Alfa is nog maar de vraag, Antonio Giovinazzi is grillig maar lijkt nog het voordeel van de twijfel te krijgen. Ferrari-baas Mattia Binotto sprak afgelopen week nog openlijk zijn steun uit en heeft gezien de motordeal een aardige vinger in de pap bij de coureurskeuze bij Alfa. Williams dan? Het team waar Hülkenberg zijn debuut maakte in 2010. Robert Kubica vertrekt daar en dat betekent ook dat het team het miljoenengat van Kubica’s sponsor PKN Orlen moet opvullen. Een heikel punt voor Hülkenberg. Claire Williams heeft nog testcoureur Nicholas Latifi achter de hand, de zoon van miljardair Michael Latifi kan de broodnodige miljoenen makkelijker ophoesten dan Hülkenberg. De steun van de Duitse industriële gigant Dekra heeft Hülkenberg niet meer, die samenwerking werd begin 2019 vrij abrupt stopgezet. En het vinden van nieuwe grote sponsoren is lastig: “Daar ben ik niet zo mee bezig momenteel. Dat is moeilijk voor een team in het middenveld. Ik heb het wel geprobeerd maar ik kan het momenteel niet bieden.” Lees ook: Steiner verdedigt besluit om Grosjean te behouden: ‘Het was het risico niet waard’ Red Bull werd de afgelopen maanden nog genoemd als optie: “Een auto waar ik geen nee tegen zou zeggen”, zei Hulkenberg vorige week nog. “En ik zou de uitdaging met Max Verstappen zeker aangaan. Ik heb het geprobeerd maar het is niet realistisch.” Helmut Marko zelf stelde al dat het voor 2020 gaat tussen Alexander Albon en Pierre Gasly en niemand anders. “Ik mocht hem niet meer bellen”, grapte Hülkenberg. Veel dichte deuren dus, een tweetal staan op een kier. Hoe verkoop je jezelf dan, werd Hülkenberg dit weekend gevraagd. “Ik ben snel en een doorzetter. Een coureur heeft veel taken: we zijn motivators, moeten hard rijden, het team pushen bij de doorontwikkeling en ook aan de menselijke kant wordt er veel van je gevraagd. En ik heb met 10 jaar natuurlijk veel ervaring te bieden. Het is aan de teams of dat iets voor ze is. De droom is nog steeds daar, net als het vuur.”
Maar dat vuur dreigt dus langzaam te doven. Hülkenberg won werkelijk alles in de aanloop naar 2010, gold als de nieuwe golden boy van het Duitse racen. GP2, Formule 3, de A1, Formule BMW en tussen de F1-races door won hij in 2015 ook nog Le Mans. Of hij nog weleens spijt heeft van bepaalde beslissingen: “Achteraf is het altijd makkelijk praten. In 2012 had ik misschien niet bij Force India moeten weggaan. Sauber had dat jaar een raket van een auto maar in 2013 hadden we veel problemen. Dat is ook zo moeilijk in de F1, je weet niet wat het jaar daarna gaat gebeuren. Terwijl ik bij Sauber moeite had en uiteindelijk wel herstelde, was Force India juist heel snel. Maar hé, dat is het leven.” Andere raceklasses dan, de Formule E? “Er is interesse geweest maar daar ben ik niet mee bezig. Ik zou het kunnen overwegen maar ik zit nu met mijn hoofd hier.” Indycar? “Ik heb er veel respect voor maar ovals zijn niet mijn ding.” Een sabbatical? “Dat heb ik in het begin van mijn carriére gedaan, na mijn eerste jaar. Maar het is nu natuurlijk wel veel anders. Hypothetisch gezien zou dat goed kunnen bevallen dat ik niet eens terug wil komen.” Blijven om het blijven
Een sympathieke jongen, althans voor de camera’s, populair in Nederland en gezien zijn erelijst kan Hülkenberg echt wel sturen. Maar gaan we hem missen? Is er een top-10 van spectaculaire manoeuvres te maken? Een blik op Youtube levert weinig op. Zijn best bekeken video is een optreden in een soort Wetten das…-achtig programma maar dat terzijde. Hülkenberg is klaar, een loopbaan in de F1 zonder echte glans. Daar gaat een eventuele verlenging bij Alfa of Williams ook echt niet meer iets aan veranderen. Renault-baas Cyril Abiteboul zegt het vandaag nog treffend in de officiële F1-podcast, ook al benadrukt hij nog dat het niet over Nico Hülkenberg gaat: “Bij Renault willen we mensen die hongerig zijn naar succes. Het probleem soms met mensen die een lange carrière hebben in de Formule 1, is dat ze aan het einde van hun loopbaan alleen nog maar willen blijven om het blijven. En dat winnen bijna secundair lijkt te worden.” Lees ook: Hülkenberg: ‘Het duurt nog wel even voor ik over Hockenheim heen ben’