Daniel Ricciardo gooide onlangs met zijn opmerkelijke transfer naar Renault de eerste bom in de zomerstop, Fernando Alonso met zijn afscheid van de Formule 1 de tweede. De Spaanse veteraan is na bijna twintig jaar flauw van de jaarlijkse wereldtournee zonder zicht op instant-succes.

Uiteindelijk ging er bij de buren even verderop in de paddock geen enkele deur open. Bij Ferrari niet, bij Red Bull evenmin. Een overstap naar een van deze twee topteams zou voor Alonso (37) de enige reden zijn geweest nog een jaar de wereld over te trekken, op zoek naar zijn derde wereldtitel. Hij schijnt zichzelf bij Ferrari zelfs bijna gratis te hebben aangeboden, had alleen betaald willen worden voor kampioenschapspunten (en natuurlijk een eventuele wereldtitel). Een constructie die Kimi Räikkönen bij Lotus ooit poen en prestige opleverde.

Maar Ferrari heeft het hoofdstuk Alonso, niet het meest rimpelloze uit de historie van de Scuderia, bijna vier jaar geleden voorgoed afgesloten. Kimi is (voorlopig) hun man. Die kent zijn plaats naast Sebastian Vettel, er is rust in de tent.

Met een bescheiden persbericht maakten McLaren en Alonso het nieuws gisteren bekend. Hoewel de sport een van zijn grootste (meedogenloze) talenten, goochelaars en grapjassen kwijtraakt, komt het nakende afscheid niet helemaal onverwacht. De Spanjaard loopt de laatste jaren over van frustratie. Hoe vaak heeft hij motorleverancier Honda niet vervloekt (‘GP2-engine’), hoe vaak heeft hij zich niet cynisch uitgelaten over zijn Britse werkgever? De jaarwedde van dertig miljoen weegt niet langer op tegen uitzichtloze gevechten in de achterhoede.

Eerder dit jaar, ik meen voor de prefabkeet van McLaren in Azerbeidzjan, had ik al zo’n vermoeden dat Alonso aan zijn afscheidstournee in de Formule 1 bezig zou zijn. Zijn manager en vriend Luis García Abad vertelde tussen neus en lippen (met onvermijdelijke sigaret) door dat ‘Fernando moe was’ van al het reizen, dezelfde rituelen en dansjes. Hij heeft het allemaal wel gezien, zei García Abad. “Fernando moet gelukkig zijn, dat telt voor hem het zwaarst.”

Het vuur brandt nog, zoals we ook dit jaar bij elke Grand Prix nog steeds zien, maar het totale gebrek aan sportief perspectief bij McLaren heeft de hoop op een hernieuwde hoofdrol gesmoord. En dus gaat hij op zoek naar een auto in een serie waarin hij wel kan excelleren. De Amerikaanse IndyCar zou wel eens de volgende, permanente halte kunnen worden. De derde wereldtitel Formule 1 komt er niet meer, de zogenaamde triple crown daarentegen is met de winst in de 24 uur van Le Mans half juni bijna afgevinkt. Alleen de Indy 500 ontbreekt ter voltooiing nog: het wordt zijn laatste uitdaging.

Alonso’s aanstaande saluut lijkt goed nieuws voor Stoffel Vandoorne. De Belg verkeert bij McLaren in zwaar weer en heeft voor 2019 nu één concurrent minder. Maar met Carlos Sainz (hij wordt waarschijnlijk snel als opvolger van Alonso gepresenteerd) en junior Lando Norris (de oogappel van teambaas Zak Brown) wacht hem een onzekere herfst.

Het silly season is pas net in gang geschoten.